Dat stelde PvdA-Kamerlid Heerts vrijdagavond.Aanleiding is een uitzending vandaag van het radioprogramma Argos, dat al tijden onderzoek doet naar het voorval.

Het programma beschikt over foto’s waarop te zien is dat een Nederlandse militair bij de geëxecuteerde mannen staat. De tijden van de digitale foto’s komen niet overeen met de tijden uit een verslag van een Nederlandse majoor die er was. Argos probeert te achterhalen of Nederlandse militairen getuige waren van de slachting.

Volgens Defensie is daar geen sprake van. De Nederlandse militairen troffen de mannen op een na dood aan. Die laatste stierf in een door de Nederlanders bestelde ambulance op weg naar het ziekenhuis.

De Afghaanse politie beweerde dat het ontsnapte gevangenen waren op wie zij een klopjacht hadden uitgevoerd. Ook later uitgerukte commando’s waren op geen enkele wijze bij hun dood betrokken, meldde Defensie vorig jaar al. Wel hebben ze na de vondst gezocht naar andere ontsnapte gevangenen, maar dat bleek vruchteloos.

Toch wil Heerts meer duidelijkheid. Hij wil weten of, en zo ja op welke manier de Nederlandse militairen of commando’s betrokken waren bij de klopjacht. Hij wil ook weten hoe de zaak is onderzocht door de marechaussee en of daar volgens het kabinet alle feiten boven tafel zijn gekomen. Volgens Argos heeft de marechaussee de opdracht van de commando’s niet in het onderzoek betrokken en ook geen commando’s gehoord. Heerts wil verder weten of het incident in 2002 aan de Tweede Kamer is gemeld.

Volgens Defensie heeft de marechaussee getuigenverklaringen afgenomen en die doorgestuurd naar het openbaar ministerie in Arnhem. Daar is besloten dat het geen zaak was. Ook vanwege het onderzoek van Argos is nog eens gesproken met mensen die bij de zaak betrokken waren, stelt een woordvoerder.