Vijf journalisten uit Groot–Brittannië, Nieuw–Zeeland en Australië, allen in Australische dienst, waren in 1975 in Oost–Timor, toen Indonesië de toenmalige Portugese kolonie binnenviel en bezette. De officiële lezing was altijd dat de vijf in een vuurgevecht verzeild waren geraakt en per ongeluk waren gedood.Eerder Australisch onderzoek wees echter uit dat het Indonesisch leger de vijf in koelen bloede had vermoord. Een vroegere medewerker van het Indonesische leger heeft verklaard, dat het erom ging de journalisten te doden, zodat zij geen getuige zouden zijn van het verloop van de invasie. „Het doel was niet om hen te arresteren", aldus de vroegere medewerker. Volgens hem zijn sommigen doodgeschoten en zijn anderen doodgeslagen.

De nabestaanden van de journalisten hebben altijd gezegd dat zowel Jakarta als Canberra de zaak in de doofpot heeft gestopt om een diplomatiek conflict rond de zogeheten ’Balibo Five’ te kunnen vermijden.

De Indonesische president Susilo Bambang Yudhoyono had gewaarschuwd dat het onderzoek de relatie tussen Jakarta en Canberra zou schaden. Yudhoyono zei dat het in strijd was met de wens van Indonesië naar de toekomst te kijken. Hij wees erop dat Indonesië zelf „als slim en wijs land" niet is blijven stilstaan bij de misstanden waarmee het werd geconfronteerd, toen het een kolonie van Nederland was.