Eén late abortus bij commissie gemeld
De commissie late zwangerschapsafbreking en levensbeëindiging bij pasgeborenen heeft vorig jaar één melding ontvangen.
Dat verklaarden leden van de commissie donderdag in het radioprogramma Dit is de Dag. De commissie adviseert het openbaar ministerie over het al dan niet vervolgen van artsenDe melding had betrekking op een zogenaamde late zwangerschapsafbreking, een abortus ná 24 zwangerschapsweken. Meldingen van actieve levensbeëindiging deden zich, net als in 2007 toen artsen nog drie late zwangersafbrekingen meldden, ook vorig jaar niet voor.
Zodoende is bij de door oud-staatssecretaris Ross in het leven geroepen commissie sinds haar installatie in maart 2007 nog geen enkele melding van actieve levensbeëindiging gedaan.
De Groningse kinderarts E. Verhagen wees gisteren ter verklaring opnieuw op het structureel echoscopisch onderzoek (SEO) dat elke zwangere vrouw sinds begin 2006 krijgt aangeboden. Afwijkingen worden daarmee vaker en eerder opgespoord en de zwangerschap kan nog vóór de duur van 24 weken worden afgebroken zonder dat de ingreep bij de commissie moet worden gemeld.
Abortussen voor de vierentwintigste zwangerschapweek zijn in Nederland niet strafbaar. Als een foetus met zulke ernstige aandoeningen kampt dat een arts na de geboorte zal afzien van actieve behandeling is een abortus na 24 zwangerschapsweken onder voorwaarden toegestaan. Deze zijn onder meer dat er een uitdrukkelijk verzoek moet zijn van de moeder, er minstens één onafhankelijke arts wordt geraadpleegd.
CU-Tweede Kamerlid Wiegman waarschuwde gisteren opnieuw dat zwangere vrouwen in haar ogen in veel gevallen nauwelijks zijn voorbereid op de keerzijde van een echo. „Een zeer gewenste zwangerschap kan zomaar omslaan in een ongewenste zwangerschap als het structureel echo onderzoek uitwijst dat de foetus fysieke afwijkingen heeft. Betere informatievoorziening en goede begeleiding is hard nodig”, aldus Wiegman.