Onder hen zijn naaste medewerkers van toenmalig legerleider Ratko Mladic, zoals kolonel Ljubisa Beara (70), destijds ’chef veiligheid’ van de generale staf van het Bosnisch–Servische leger. Beara zou een sleutelrol hebben gespeeld bij de organisatie van de moord op duizenden moslims uit de Oost–Bosnische enclave Srebrenica. De Nederlandse VN–militairen van Dutchbat konden de volkenmoord niet voorkomen.VN–aanklager Peter McCloskey benadrukte woensdag dat niet alleen daders straf verdienen, maar ook Bosnisch–Servische officieren die niets deden tegen misdaden van anderen. „Zij hadden stiekem het Rode Kruis kunnen bellen", aldus de Amerikaan, „maar zij waren geen Schindlers". McCloskey refereerde aan de Duitser Oskar Schindler, die tijdens de Tweede Wereldoorlog ongeveer 1200 Joden redde door hen op de lijst van werknemers van zijn fabriek te zetten. Zijn verhaal is verfilmd onder de titel Schindler’s List.

Naast Beara staan in deze tribunaalzaak twee andere leden van Mladic’ generale staf terecht: de oud–generaals Radivoje Miletic (61) en Milan Gvero (71). Drie andere verdachte officieren behoorden tot het Bosnisch–Servische Drina–Korps, dat Srebrenica veroverde: luitenant–kolonel Vujadin Popovic (52), luitenant Drago Nikolic (51) en luitenant–generaal Vinko Pandurevic (50). De zevende verdachte in de zaak is een politiecommandant, Ljubomir Borovcanin (49). Behalve het Bosnisch–Servische leger speelde ook de politie een rol bij de genocide na de val van Srebrenica op 11 juli 1995.

De slotpleidooien in de Srebrenica–zaak nemen naar verwachting twee weken in beslag. Mladic zelf is nog voortvluchtig. Zijn voormalige politieke baas, oud–president Radovan Karadzic van Republika Srpska, werd vorig jaar opgepakt. Zijn proces is nog in de voorbereidende fase.