Notabelen strijden om macht in Japan
De kleinzoon van een oud–premier of de kleinzoon van een oud–premier? Voor die keuze staan de Japanners zondag. Beide kandidaat–premiers, Taro Aso en Yukio Hatoyama, komen uit oude en machtige politieke families.
Aso (68), leider van de regerende Liberaal–Democratische Partij (LDP), is de oudste van de twee. Zijn vader leidde een groot cementbedrijf en was de naaste adviseur van de om zijn corruptie beruchte premier Kakuei Tanaka. Zijn grootvader aan moederskant was Shigeru Yoshida, die als premier na de Tweede Wereldoorlog aansluiting bij het Westen zocht en vond. Aso’s schoonvader is oud–premier Zenko Suzuki, zijn zus is getrouwd met prins Tomohito, een neef van de keizer.Door zijn rijke familie had Aso een zorgeloze jeugd. Hij studeerde in de Verenigde Staten en Groot–Brittannië. In 1976 kwam hij als kleiduivenschutter uit op de Olympische Spelen in het Canadese Montréal. Drie jaar na de Spelen trad Aso toe tot het Japanse Lagerhuis. De conservatieve nationalist beklom gestaag de politieke ladder. Hij was onder meer minister van Binnenlandse Zaken (2003–2005) en Buitenlandse Zaken (2005–2007). In september vorig jaar werd hij premier.
De familiebanden van Hatoyama (62), leider van de Democratische Partij van Japan, zijn niet minder indrukwekkend. Hij is de kleinzoon van Ichiro Hatoyama, die van 1954 tot 1956 premier was. Zijn vader was in het verleden minister van Buitenlandse Zaken, zijn zus is parlementslid voor de LDP en zijn broer was tot voor kort zelfs minister van Binnenlandse Zaken onder Aso.
Hatoyama begon zijn politieke loopbaan, net als zijn familieleden, bij de LDP. Hij trad in 1986 toe tot het parlement, maar in 1993 stapte hij over naar een nieuwe partij. De LDP lag door politieke schandalen onder vuur en verloor na de parlementsverkiezingen enkele maanden later zelfs de macht, voor het eerst sinds 1955.
In 1996 was Hatoyama een van de oprichters van de DPJ, die hij van 1999 tot 2002 leidde. Na zijn vertrek groeide de partij gestaag verder, en leek de nieuwe leider Ichiro Ozawa de DPJ aan de macht te gaan brengen. Maar enkele maanden geleden kwam Ozawa in opspraak, omdat de partij jarenlang verboden giften zou hebben aangenomen van een bouwbedrijf. De voorsprong van de DPJ in de peilingen slonk in korte tijd en Ozawa trad af.
Hatoyama keerde terug aan het roer en lijkt erin te zijn geslaagd het vertrouwen van de kiezers alsnog terug te winnen. In de peilingen heeft de DPJ weer een haast onoverbrugbare voorsprong op de LDP.
