Buitenland

Iedereen gilde ’doe open, doe open’

„Bij het opstijgen dacht ik al: gaat het vliegtuig dat wel redden?”, zegt Marion Wismeijer, die aan boord was van het Bangkok Airways–toestel dat dinsdag crashte op de luchthaven van het Thaise eiland Koh Samui.

ANP
4 August 2009 13:54Gewijzigd op 14 November 2020 08:24

De medewerkster van de Nederlandse ambassade in Thailand vloog samen met haar man, diens broer en zijn vriendin van het zuidelijke vakantieoord Krabi naar Koh Samui, waar zij de laatste vier dagen van hun vakantie zouden doorbrengen.
In totaal waren 72 mensen aan boord van het toestel, toen het op Koh Samui in hevige regen crashte. De piloot is overleden. Volgens Bangkok Airways raakten zeven mensen gewond, van wie vijf ernstig. Andere Thaise bronnen meldden circa veertig gewonden.De vlucht duurde ruim een half uur. „Het weer was slecht, het regende vreselijk hard en er was veel turbulentie. Ik merkte dat het landen niet helemaal lekker ging, heel wiebelig”, vertelt Wismeijer aan de telefoon vanuit een hotel waar de passagiers zijn opgevangen.

„Het toestel ging plotseling helemaal naar rechts en vervolgens helemaal naar links. Het ging veel te hard. Ik keek naar buiten en zag gras. Toen hoorden we een verschrikkelijk harde klap en kwam er opeens een heleboel schuim uit de wanden en uit het plafond”.

Ze vertelt hoe iedereen uit zijn stoel stoof om naar de uitgang te rennen. „Maar de stewardess verzocht ons vriendelijk te blijven zitten”. Wismeijer en haar familie luisterden daar niet naar. Ze grepen hun handbagage en renden naar achteren, maar de deur was gesloten.

„Iedereen gilde ’doe open, doe open’ en toen ging de uitgang open. We zijn met de andere passagiers zo hard als we konden naar buiten gerend, zo ver mogelijk bij het vliegtuig vandaan, uit angst dat het zou ontploffen.

Eenmaal buiten zag ze de schade aan het toestel. „De cockpit was helemaal in elkaar geduwd”. Ze moet er nog van bijkomen. „Ik heb een paar schrammen en schaafwonden, maar het was echt een shock.

Volgens Wismeijer was er nog een Nederlands meisje aan boord en een Nederlands gezin met twee kinderen. „Het meisje zit bij ons in het hotel, maar het gezin hebben we niet meer gezien. Ik heb meerdere keren aan het luchthavenpersoneel gevraagd of het gezin was gesignaleerd en of er nog meer Nederlanders aan boord waren, maar niemand kon mij dat vertellen”.

De Nederlanders blijven nog een paar dagen op het eiland. „We gaan met de boot terug naar het vasteland en vandaar met een busje naar Bangkok. Niemand wil meer terugvliegen”.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer