Buitenland

Belgrado vraagt VS Mladic te grijpen

De Joegoslavische minister van Buitenlandse Zaken, Goran Svilanovic, heeft de Verenigde Staten woensdag om hulp gevraagd bij het opsporen van gezochte oorlogsmisdadigers, zoals de voormalige Bosnisch-Servische generaal Ratko Mladic.

AP
23 January 2003 09:59Gewijzigd op 14 November 2020 00:05

Svilanovic benadrukte dat Joegoslavië vastbesloten is de gezochte personen op te sporen en uit te leveren, maar dat de mogelijkheden om dat te doen, te beperkt zijn. Hij deed daarom een beroep op de Amerikaanse en andere buitenlandse inlichtingendiensten om informatie te delen met de Joegoslavische regering.

De vraag om samenwerking komt een dag nadat de Amerikaanse gezant voor oorlogsmisdaden, Pierre-Richard Prosper, dreigde met minder financiële hulp voor Joegoslavië als het de gezochte oorlogsmisdadigers niet uitlevert aan het tribunaal in Den Haag.

Op 31 maart moet de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, Colin Powell, aan het Congres bekendmaken of Joegoslavië hernieuwde steun in de toekomst heeft verdiend op basis van de geleverde inspanningen. Hoeveel geld er dit jaar op het spel staat is nog onduidelijk, maar vorig jaar ging het om 40 miljoen dollar.

Prosper begon dinsdag in Belgrado aan besprekingen met onder anderen de Servische premier Zoran Djindjic. Zolang Mladic en andere aangeklaagde oorlogsmisdadigers zich op Joegoslavisch grondgebied schuilhouden, kan Belgrado toetreding tot de Europese Unie, de NAVO en andere internationale organisaties wel vergeten, zei Prosper ook nog.

Djindjic zei woensdag dat hij betwijfelt of de voortvluchtigen gearresteerd zullen worden, omdat de Servische regering niet weet waar ze zitten. Hij deed een oproep aan de gezochte mannen om zich aan te geven „als een daad van vaderlandsliefde.” Een dag eerder erkende Djindjic nog voor de Servische televisie dat „onze instituten een beetje harder moeten werken om de verdachten te arresteren.” Ook hij wees er toen op dat het Westen, als het informatie over de verblijfplaats van Mladic of anderen heeft, deze met Belgrado moet delen.

Prosper ontmoette woensdag de Joegoslavische president Vojislav Kostunica. Die liet achteraf in een verklaring weten dat „het verbinden van voorwaarden aan de financiële steun de relaties tussen Joegoslavië en de VS op het spel zet.” Kostunica, wiens ambtstermijn in februari afloopt, is een tegenstander van het Joegoslavië-tribunaal omdat het anti-Servisch zou zijn.

Afgezien van Mladic zijn de VS vooral gebrand op de arrestatie van majoor Veselin Sljivancanin en kolonel Miroslav Radic, die betrokken waren bij de moord op Kroatische burgers in Vukovar in 1991. Naar verluidt houdt Mladic zich schuil in Joegoslavië met hulp van het Joegoslavische leger.

Prosper reist later deze week door naar de Republika Srpska, het Servische deel van Bosnië, waar Radovan Karadzic zich vermoedelijk schuilhoudt. Ook de regering van de Bosnisch-Servische ministaat zal Prosper voorhouden dat samenwerking met het Joegoslavië-tribunaal geboden is.

Zeker 24 verdachten tegen wie het Joegoslavië-tribunaal een aanklacht heeft liggen, lopen nog vrij rond in Bosnië, Joegoslavië en Kroatië.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer