Inmiddels zijn de lichamen van 24 mensen geborgen van wie wordt aangenomen dat ze in de verongelukte Airbus zaten. Ook werd het staartstuk van het toestel aangetroffen. Dat meldde een woordvoerder van de Braziliaanse marine maandag.Eerder maandag meldden bronnen het bergen van in totaal negentien lichamen. Vorige week maandag verdween de Airbus A330–200 van de Franse luchtvaartmaatschappij Air France met 228 mensen aan boord ten noordoosten van Brazilië van de radar. Vlucht AF447 was onderweg van Rio de Janeiro naar Parijs toen het toestel neerstortte, circa 1100 kilometer ten noordwesten van Brazilië.

Vrijdag, op de vijfde achtereenvolgende dag van de reddingsoperatie, was het nog steeds niet gelukt om brokstukken van de neergestorte Airbus van Air France te bergen uit de Atlantische Oceaan. Hoge golven en slecht zicht als gevolg van regen bemoeilijkten de operatie. Donderdag dachten de reddingswerkers een brokstuk te hebben geborgen, maar dat bleek niet van het Franse vliegtuig afkomstig te zijn.

Het vliegtuig verzond 24 automatische foutmeldingen voordat de systemen van het toestel uitvielen; ook de automatische piloot werkte niet meer, aldus onderzoekers naar de vliegramp in een zaterdag uitgegeven bulletin.

Tientallen vliegtuigen, helikopters en marineschepen zijn nog altijd op zoek naar resten van het wrak en de lichamen van passagiers en bemanning. De vondst van het staartstuk is een meevaller voor de speurders. De zwarte dozen, die opheldering kunnen verschaffen over de toedracht van de crash, bevonden zich in dit deel van het vliegtuig.

De autoriteiten vermoeden dat de dozen op de oceaanbodem liggen, mogelijk op 6000 meter diepte. De bergers willen de apparaten zo snel mogelijk traceren, aangezien de dozen niet langer dan dertig dagen signalen afgeven. Frankrijk heeft een onderzeëer naar het gebied gestuurd om te helpen bij de zoektocht. De Verenigde Staten stellen een team van twintig specialisten beschikbaar.

De zestien stoffelijke overschotten worden zo snel mogelijk overgebracht naar het Braziliaanse vasteland. Forensische experts gaan de lichamen daar identificeren, bijvoorbeeld aan de hand van gebits– en DNA–onderzoek. Daarbij worden DNA–gegevens van slachtoffers vergeleken met die van nabestaanden.