Vijf doden bij aanslag in Zahedan
TEHERAN (AP) – Bij een brandaanslag op een bank in de stad Zahedan in het zuidoosten van Iran zijn maandag vijf mensen om het leven gekomen. Het Iraanse staatspersbureau heeft dit gemeld.
De bank, Mehr, heeft banden met de paramilitaire Basij–militie, die vaak betrokken is bij campagnes tegen dissidenten. Volgens het Iraanse staatspersbureau heeft de politie enkele verdachten aangehouden.In Zahedan vond afgelopen donderdag een bomaanslag plaats op een moskee, waarbij 25 mensen om het leven kwamen. Drie personen die in de aanslag de hand zouden hebben gehad werden opgepakt, ter dood veroordeeld en zaterdag opgehangen. In de stad braken zondag rellen uit na geruchten over een aanslag op een plaatselijke soennitische geestelijke. Vrijdag raakten drie personen gewond toen een verkiezingskantoor van de Iraanse president Mahmoud Ahmadinejad onder vuur werd genomen.
De verantwoordelijkheid voor de aanslag op de moskee werd opgeëist door de militante soennitische groep Jundallah, die volgens Iran banden heeft met Al–Qaida en opereert vanuit Pakistan. Naar aanleiding van de bomaanslag werd de Pakistaanse ambassadeur in Teheran bij het Iraanse ministerie van buitenlandse zaken ontboden. Twee Pakistaanse functionarissen verklaarden maandag dat Iran bij een grensovergang alleen mensen te voet doorliet.
De hoogste Iraanse geestelijke leider, ayatollah Ali Khamenei, beschuldigde ’vijanden’ ervan verschillende bevolkingsgroepen in Iran tegen elkaar op te zetten. Met ’de vijand’ wordt in Iran gewoonlijk de Verenigde Staten bedoeld.
Zahedan is de hoofdstad van de provincie Sistan–Baluchistan, waar een miljoen van de zes miljoen soennieten in Iran wonen. Het overgrote deel van de Iraanse bevolking van zeventig miljoen is sjiitisch.