Buitenland

Presidentieel stelsel in strijd tegen corruptie in Irak

Waar gaat het heen met Irak? Deze vraag houdt menigeen bezig na de uitspraak, vorige week, van de Iraakse premier Nuri al-Maliki, om het presidentiële systeem te verkiezen boven het parlementaire. Veel Irakezen vrezen dat dit een eerste stap is richting een dictatuur.

Van onze correspondent
22 May 2009 21:29Gewijzigd op 14 November 2020 07:58

De partij van Al-Maliki, Hizb ad-dawa, boekte bij de provinciale verkiezingen twee maanden geleden een grote verkiezingsoverwinning. Hizb ad-dawa hoopt eind dit jaar ook de parlementsverkiezingen te winnen.De Iraakse grondwet bepaalt dat Irak een federale republiek is en een parlementaire „consensusdemocratie.” Hizb ad-dawa is een sjiitische partij en vooral Koerdische en soennitische politici verklaarden dat de uitspraken van Al-Maliki ongrondwettelijk zijn.

Volgens waarnemers van de Iraakse politiek kan de huidige situatie echter niet voortduren. Djamal ad-Din, lid van het Iraakse parlement, gaf een correcte beschrijving van de Iraakse werkelijkheid. Na de val van Saddam Hussein werd de Iraakse grondwet geboren uit de angst van de ene groep voor de andere. De etnische opdeling van Irak werd vastgelegd in de grondwet. Djamal ad-Din beschrijft het Iraakse parlement als een verzameling „kleine dictaturen.” Iedere partij misbruikt het parlement voor eigen gewin, wat heeft geleid tot een ongekende corruptie.

Internationale organisaties plaatsten Irak in 2008 op de derde plaats van ”meest corrupte landen ter wereld”. Sinds 2004 is in Irak 250 miljard dollar verdwenen. De corruptie zet een rem op de economische investeringen die het land broodnodig heeft. Het is de taak van de Iraakse regering die te bestrijden. Maar de ergste gevallen hebben plaats binnen de ministeries zelf.

De corruptie binnen de ministeries van Defensie, Binnenlandse en Economische Zaken is het meest zorgwekkend, hoewel vrijwel alle ministeries corrupt zijn. Het ministerie van Gezondheid bijvoorbeeld. Hele scheepsladingen medicijnen verdwijnen. En dat terwijl 90 procent van de medicijnen in Iraakse drogisterijen niet is onderzocht of goedgekeurd.

De rechterlijke macht in Irak zou hier moeten ingrijpen, maar die staat onder politieke druk dat niet te doen. Ministers worden niet ter verantwoording geroepen door het parlement omdat de partijen waartoe ze behoren, hen beschermen. Het ministerie van Economische Zaken sluit miljardencontracten af met buitenlandse energieleveranciers, maar de Irakezen zitten tot op heden vijftien uur per dag zonder elektriciteit.

Naast corruptie vormt onveiligheid in het land het tweede grote probleem. De afgelopen weken lieten opnieuw een ongekende golf van geweld zien. Politici speelden elkaar vervolgens de bal toe. De ene politieke partij houdt al-Qaida verantwoordelijk, anderen beschuldigen Iran of de intussen verboden Baathpartij.

De waarheid is echter, aldus Djamal ad-Din, dat vrijwel alle milities met politieke partijen zijn verbonden. Nuri al-Maliki organiseerde afgelopen jaar een aantal grote militaire campagnes zoals de actie ”Saula al-fursan” in Basra om radicaal met de milities af te rekenen. Dit verklaart in belangrijke mate het succes van zijn partij bij de afgelopen provinciale verkiezingen.

Al-Maliki verklaarde dat de staat het gezag moet hebben om de wet aan eenieder op te leggen. Degenen die hem ervan beschuldigen dat dit de weg is naar de dictatuur, proberen volgens Djamal ad-Din slechts hun eigen dictatuur en militie te beschermen.

Tegen deze achtergrond wordt de uitspraak van de Iraakse minister-president duidelijk, dat hij een presidentieel stelsel prefereert boven een parlementair systeem. De corruptie en de onveiligheid houden Irak in een wurggreep en hebben in belangrijke mate het vertrouwen van de Irakezen in de democratie doen verdampen. Het is politiek analisten duidelijk dat er snel iets moet gebeuren om Irak uit dit moeras te trekken. Er zijn twee opties: óf de bevoegdheden van de Irakese president in belangrijke mate uitbreiden óf die van de premier. Beiden worden niet gekozen. De president moet volgens de grondwet Koerdisch zijn en de minister-president sjiitisch.

Al-Maliki durfde het tot op heden niet aan de corrupte ministeries aan te pakken, uit vrees voor de partijen in het parlement, die de corrupte ministers en ambtenaren beschermen.

Enkele weken geleden was een beschamend voorval te zien op de Arabische televisie. De Iraakse politie wilde op een ministerie een aantal corrupte ambtenaren arresteren. Het ministerie werd echter door een eigen militie bewaakt, die prompt op de politie begon te schieten.

Alle ambtenaren konden wegvluchten. Later werd een familielid van de desbetreffende minister in de buurt van Basra gearresteerd. In zijn bezit werden enkele miljoenen dollars gevonden en een aantal vervalste paspoorten.

De voorgenomen grondwetswijzigingen maken wellicht een krachtige regering mogelijk, die het geweld en de corruptie kan aanpakken. Ze zijn niet bedoeld om de Iraakse democratie om zeep te helpen, zoals vele Iraakse politici beweren, maar om deze te redden.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer