Aan de verkiezingen namen twee blokken van vier partijen deel. De UMP kreeg 62,7 procent van de uitgebrachte stemmen. Het andere blok, de Unie voor een Democratisch Alternatief, kreeg de overige 37,3 procent. De opkomst bedroeg 48 procent, maakte het ministerie van Binnenlandse Zaken zaterdag bekend.

Het was voor het eerst in het Afrikaanse landje dat ook de oppositie in de kiescommissie was vertegenwoordigd en dat buitenlandse waarnemers op de verkiezingen toezagen.

De opkomst is mogelijk op 48 procent blijven steken doordat de verkiezingen op vrijdag, de islamitische gebedsdag, werden gehouden.

Djibouti, een voormalige Franse kolonie die in 1977 onafhankelijk werd, heeft 700.000 inwoners. Ongeveer 180.000 mensen hadden zich als kiezer laten registreren. De meeste kiezers wonen in de hoofdstad, die ook Djibouti heet.

In Djibouti heeft tien jaar een burgeroorlog gewoed. In 2001 sloten de regering en de rebellen een vredesakkoord. De rebellen behoorden tot het Afar-volk, dat zich achtergesteld voelde ten opzichte van de Issa, etnische Somaliërs, die de meerderheid vormen.