Voor Wit-Russen lijkt alleen Poetin alternatief voor Loekasjenko
Acht tot tien keer per jaar reist dr. Astrid Sahm naar Wit-Rusland. Daarbij gaan voor de Duitse politicologe (universiteit Mannheim) wetenschapsbeoefening en menselijke betrokkenheid hand in hand. Zojuist keerde zij terug uit het land van president Loekasjenko. Een open blik op een bars bewind, dat zichzelf van de buitenwereld isoleert. „Als mogelijk alternatief voor Loekasjenko schijnt voor de Wit-Russen alleen de Russische president Poetin in aanmerking te komen.”
In Europa’s ’wonderjaar’ 1989 (de val van de Muur) maakte Sahm voor het eerst kennis met de Wit-Russische werkelijkheid. In de Duitse beeldvorming van die tijd echt „een witte vlek”, vertelt ze. Publicaties waren nauwelijks voorhanden. „Deze leemte wilde ik met mijn wetenschappelijke werk mee helpen opvullen. 1989 was ook het jaar waarin voor het eerst openlijk over de gevolgen van de kernramp van Tsjernobyl in Wit-Rusland kon worden gesproken. Hieruit ontstond het idee van gezamenlijke hulpprojecten als praktisch verzoeningswerk tussen Wit-Russen en Duitsers.”
Sahm hoopt zo vooral toekomstperspectieven te scheppen voor de jonge Wit-Russische generatie in eigen land. Een concreet voorbeeld daarvan is het revalidatiecentrum voor kinderen aan het Wilejkameer, dat de toepasselijke naam van ”Nadezjda” (Hoop) draagt. „Wetenschappelijk en humanitair engagement horen bij mij nauw bij elkaar.”
Met welke indrukken uit Wit-Rusland kwam u begin deze week thuis?
„Doorgaans verblijf ik hoofdzakelijk in de hoofdstad Minsk. Maar ik houd me ook wel regelmatig in landelijke gebieden op. Welnu, terwijl Minsk zich stormachtig ontwikkelde en zich prachtig tooide in de afgelopen jaren, zag je op het platteland vooral economische neergang. In de dorpen stuit je heel vaak op sociale problemen zoals alcoholisme. Het paradoxale is dat veel mensen begrijpen dat de huidige politieke koers het land in het slop voert, maar tegelijk geen perspectieven op verandering zien.”
Bijzonder ijzige beelden uit het Oosten bereiken ons dezer dagen. Hoe hard is de winter voor de Wit-Russen?
„Ook hier manifesteert zich heel duidelijk het verschil tussen stad en platteland. Ongeacht het jongste gasconflict met Rusland, is het in de huizen in Minsk niet kouder dan vorig jaar. Op het platteland daarentegen zijn overheidsgebouwen onvoldoende verwarmd. De dorpsbewoners kunnen zich evenwel met het stoken van hout behelpen. De laatste tijd zijn wel de gemeentelijke tarieven aanzienlijk gestegen, ondanks de overheidssubsidies. En zij zullen dit jaar nog verder omhooggaan. Mensen die deze tarieven niet kunnen betalen, worden gedwongen naar kleinere woningen te verhuizen. Ook nalatige bedrijven worden momenteel sneller van het elektriciteitsnet afgesneden. Op die manier wil de regering de schuldencrisis met Rusland de baas worden.”
Hoe staat de Wit-Russische bevolking er grosso modo sociaal voor? Denk bijvoorbeeld aan het gemiddelde loon, onderscheid stad-platteland, werkloosheid, kosten van levensonderhoud, toekomstperspectieven voor jongeren.
„In 2002 zijn loon- en pensioenachterstanden een chronisch verschijnsel geworden voor de mensen in Wit-Rusland. Daarbij ligt het schuldpercentage in de agrarische sector op 80 procent. Met een maandloon van circa 50 Amerikaanse dollar hebben de arbeiders in deze sector toch al de laagste inkomens. Alleen de pensioentrekkers ontvangen met een gemiddelde uitkering van 41 dollar nog minder. Zij leven daarmee op het niveau van het officieel vastgelegde bestaansminimum.
Het doorsnee salaris van arbeiders en ambtenaren in de staatssector lag oktober 2002 op 120 dollar. Ondertussen verdiende een arts gemiddeld slechts 94 dollar en een leraar zelfs maar 90. Inkomens en kosten van levensonderhoud verschillen ook duidelijk regionaal. Zo heeft een gezin van vier personen in Minsk ongeveer 170 dollar nodig om rond te komen, terwijl het zich op het platteland met plusminus 83 dollar kan redden.Het officiële werkloosheidspercentage is in 2002 naar krap 3 procent gestegen. Overigens laten zich vanwege de lage werkloosheidsuitkering maar weinig werklozen registreren. De reële werkloosheid moet derhalve aanzienlijk hoger liggen. Dreigende werkloosheid, stijgende prijzen en lage lonen bezorgen de Wit-Russen vandaag de dag veel hoofdbrekens. Met name jonge mensen en academici zoeken daarom sterker dan ooit naar beroepsmogelijkheden in het buitenland.”
En passant nodigt het repressieve regime van president Loekasjenko de burgers bepaald niet uit tot politiek engagement.
„Om het hoofd boven water te houden moeten veel Wit-Russen in aanzienlijke mate zelf hun voedsel verbouwen. In dat geval hou je niet veel energie meer over voor politieke activiteiten. Bovendien is vooral op het platteland de sociale controle bijzonder sterk. Naast de bestuursorganen tref je hier in de regel geen andere organen met invloed aan. Daarenboven ontbreekt het in het bijzonder de mensen in de dorpen aan gedegen informatie. In Minsk kun je altijd nog een paar goede onafhankelijke kranten kopen.
Naar mijn idee is het hoofdprobleem echter dat de Wit-Russen uit hun geschiedenis vrijwel geen positieve voorbeelden kennen van individueel politiek engagement dat tot werkelijke maatschappelijke verbeteringen leidde.”
Hoe populair is president Alexander Loekasjenko op het ogenblik? Vorig jaar april bereikte zijn publieke aanzien een dieptepunt met 30,1 procent. Welk effect hebben zulke negatieve scores op de machtspositie van het Wit-Russische staatshoofd? Ruikt de oppositie misschien een kansje?
„Nadat Loekasjenko’s populariteitsscore in september 2002 met 27 procent nog verder daalde, is die tegen het eind van het jaar weer naar 30,5 procent gestegen. Bij nieuwe presidentsverkiezingen zou Alexander Loekasjenko nu waarschijnlijk opnieuw zegevieren. Want ondanks de ontevredenheid over zijn beleid vermag 80,9 procent van de Wit-Russen geen alternatief voor hem te zien. Als mogelijk alternatief voor Loekasjenko schijnt voor de Wit-Russen alleen de Russische president Poetin in aanmerking te komen. Het geringe aanzien van de oppositie valt overigens slechts ten dele terug te voeren op hun beperkte actie- en informatiemogelijkheden. Het ontbreekt de oppositie evengoed aan overtuigende politieke concepten en aansprekende activiteiten onder de bevolking.”
Hebt u misschien bij uw laatste verblijf in Wit-Rusland al gevolgen opgemerkt van de nieuwe, aangescherpte godsdienstwetgeving?
„Voor een inschatting van de gevolgen van de godsdienstwet is het nog te vroeg. Het blijft afwachten hoe het proces van de herregistratie van religieuze organisaties die van voor de aanneming van deze wet dateren, verloopt. Hetzelfde geldt voor de feitelijke afloop van de registratie van nieuwe gemeenten en kerken. Duidelijk is in elk geval dat met deze godsdienstwet de gelijkheid van confessies niet gerespecteerd wordt. De orthodoxe kerk is immers een hogere positie toegewezen.”