Staatssecretaris De Jager van Financiën heeft dat vrijdag in Praag gezegd. Hij woonde daar een bijeenkomst van de EU-ministers van Financiën bij.De Jager toonde begrip voor de Luxemburgse premier en minister van Financiën Juncker, die zich gestoord heeft aan de lijst van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO), die donderdag openbaar werd tijdens de G-20-top in Londen. Luxemburg wordt daarin, net als België, gerekend tot de landen die nog niet aan alle fiscale normen van de OESO voldoen.

Juncker en de Belgische minister van Financiën, Reynders, zeiden in Praag dat ze maatregelen in gang hebben gezet om gegevens over buitenlandse belastingplichtigen te gaan uitwisselen. Juncker wees erop dat daarmee enige tijd is gemoeid. Eerder was tijdens een EU-top beloofd dat er voorlopig geen lijst met belastingparadijzen zou komen.

Binnen de EU is eerder afgesproken dat landen informatie moeten gaan uitwisselen over rekeningen van buitenlandse spaarders, of anders zelf bronbelasting moeten heffen. Volgens De Jager zorgen die afspraken al voor een groeiend aantal spijtoptanten: Nederlanders die hun spaargeld in het buitenland alsnog bij de Belastingdienst opgeven, zodat ze geen boete hoeven te betalen. Naar schatting staat op buitenlandse rekeningen zo’n 7 miljard euro aan Nederlands geld, waarover geen belasting wordt betaald. Het meeste daarvan bevindt zich in landen met een bankgeheim, zoals België, Luxemburg en Zwitserland.

Overigens prijken ook de Nederlandse Antillen en Aruba op de ‘grijze’ OESO-lijst van landen die zich niet aan de fiscale normen houden. De Jager wees erop dat deze delen van het koninkrijk fiscaal volledig autonoom zijn. Hij wil niettemin graag dat ze zo snel mogelijk van de OESO-lijst af komen. Ze zijn volgens hem daarmee al een behoorlijk eind op streek.

Volgens De Jager groeit het aantal belastingvluchtelingen dat een geheime spaarrekening in het buitenland opgeeft bij de fiscus sterk.

In totaal hebben zich dit jaar al 317 mensen gemeld met een totaalbedrag van ruim 70 miljoen euro. Gemiddeld gaven zij ruim 221.000 euro op.

Spaarders die hun geheime spaartegoeden bij de fiscus melden, kunnen gebruikmaken van de inkeerregeling. Ze hoeven dan geen boete te betalen, maar alleen een naheffing.

De groei van het aantal ”inkeerders” houdt waarschijnlijk verband met de bekendmaking van onder meer Luxemburg, België en Zwitserland dat ze hun bankgeheim gaan versoepelen. In de EU is bovendien afgesproken dat de lidstaten gegevens gaan uitwisselen over buitenlandse spaarrekeningen of anders bronbelasting gaan heffen.