Staat bij de aanpak van kindermishandeling vaak de rol van hulpverleners centraal, deze campagne richt zich juist op de omstanders. „Jaarlijks worden in Nederland tussen de 107.000 en de 170.000 kinderen mishandeld. Slechts zo’n 50.000 van hen komen bij de hulpverlenende instanties terecht. Wat dat betreft is een campagne hard nodig”, reageert Gert van Harten. Hij is directeur van het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) in Gelderland.„De meeste omstanders denken dat ze pas contact moeten opnemen met hulpverleners wanneer ze zeker weten dat er sprake is van kindermishandeling. Dat is niet zo. Het gevoel dat er iets niet pluis is binnen een gezin mag al voldoende zijn voor mensen om aan de bel te trekken”, stelt Van Harten. „Wij komen echt niet in actie als het over zweetvoeten gaat.”

Speelt het probleem van kindermishandeling ook in christelijke kring? „Jazeker”, stelt Roel Timmerman zonder enige aarzeling. De klinisch psycholoog en beleidsadviseur is werkzaam bij Eleos.

„In kerkelijke kring zie je regelmatig dat mensen het niet willen geloven dat er ergens sprake zou kunnen zijn van kindermishandeling. Het past gewoon niet in het plaatje van een net christelijk leven. Een gezin ziet er dan aan de buitenkant ook nog eens keurig uit, zodat de omgeving denkt dat het wel zal meevallen. Maar er is veel meer geweld dan we durven geloven.”

Timmerman vindt het belangrijk dat er steeds meer oog is voor preventie. Zo wijst hij op speciale cursussen van onder andere Eleos en SGJ voor ambtsdragers en jeugdleiders om oog te hebben voor huiselijk geweld. „Juist ambtsdragers kunnen een belangrijke rol spelen in het signaleren van kindermishandeling.”

„Ook opvoedcursussen zijn beslist niet overbodig”, meent Timmerman. „Wat betekent het voor ouders om kinderen op te voeden? Met name jonge kinderen moeten binnen het gezin niet als bliksemafleider gaan fungeren van de problemen die tussen de ouders spelen.”