Kloof bij gemeenten in ruimte voor trouwambtenaar
Er is een duidelijkere scheiding tussen gemeenten die trouwambtenaren niet verplichten ook homohuwelijken te sluiten en gemeenten die dat wel verplichten.
Dat constateren de opstellers van de derde monitor van het gemeentelijk homo-emancipatiebeleid van het kennisinstituut Movisie. De monitor werd dinsdag in Utrecht gepresenteerd.Eerdere monitoren verschenen in 2003 en 2005. In deze monitoren vond 55 procent van de gemeenten dat ambtenaren alle huwelijken moesten voltrekken.
In de jongste monitor zeggen 23 gemeenten (13,4 procent) dat ambtenaren gewetensbezwaren mogen hebben tegen het sluiten van homohuwelijken. Vijf gemeenten willen deze vraag niet beantwoorden.
In totaal stuurde Movisie aan alle 443 gemeenten een enquête toe over het homobeleid. De respons was met 39 procent (172 enquêtes) hoger dan de vorige keren.
De respons is volgens Movisie representatief naar gemeentegrootte en naar provincie, hoewel bij sommige provincies, zoals Noord-Holland, de respons achterbleef.
Volgens het kennisinstituut blijven er delen van Nederland waar het moeilijk is om homobeleid op de kaart te krijgen, met name in Drenthe en Zeeland. „Daar staat tegenover dat ook veel kleinere gemeenten werken aan homobeleid, zoals Heemskerk, Langedijk en Kerkrade.”
Grote gemeenten die geen specifiek beleid voor hun homoseksuele burgers formuleren, zijn bijvoorbeeld Almere, Zaandam, Zoetermeer, Alkmaar, Breda, Helmond, Hengelo en Venlo. Het percentage gemeenten dat rekening zegt te houden met de positie van homoseksuelen is tussen 2003 en 2008 gestegen van 6,2 naar 11,3 procent.
Ook is duidelijk dat er steeds meer geld omgaat in het homo-emancipatiebeleid. Zo geeft Rotterdam nu jaarlijks 450.000 euro uit en Den Haag 228.000 euro.