Dat besliste de rechtbank dinsdagmorgen in een regiezitting.De vrouw overleed in verpleeghuis Eugeria na het innemen van een dodelijke hoeveelheid van het middel pentobarbital. Volgens justitie is de in 1996 opgerichte stichting „passieve medeplichtig” aan de dood van de vrouw.

Medewerkers van de stichting zouden de vrouw het middel hebben verstrekt en samen met drie kinderen haar overlijdensdatum hebben bepaald. Ook zouden zij ervoor hebben gezorgd dat de vrouw met een beker en een rietje het drankje met pentobarbital kon innemen.

Voorzitter Gerard V. staat terecht omdat hij volgens justitie vanaf 1 februari 2007 tot aan het overlijden van de vrouw „feitelijk leidinggaf” aan de voorbereidingshandelingen, voorafgaand aan het overlijden van de vrouw.

Voorafgaand aan de inhoudelijke behandeling in mei mag officier van justitie M. Lousberg twee van de drie kinderen als getuigen horen. Aanvankelijk golden ook de kinderen als verdachte. Na hun aanhouding besloot justitie dat zij niet worden vervolgd.

De kinderen die zelf de hulp van de SVL inriepen, eisen inmiddels een schadevergoeding van de stichting. Zij vinden dat de stichting eerder had moeten informeren over de strafbaarheid van bepaalde vormen van hulp bij zelfdoding en de kans om voor betrokkenheid bij de hulp te worden vervolgd.