Meeste geruimde olie op conto Nederlandse schepen
De twee schepen van Rijkswaterstaat die bij Spanje olie ruimen uit de gezonken tanker Prestige, zijn niet voor niets aan de slag gegaan. Van de 11.000 ton olie die tot nog toe op zee is opgeruimd, komt 9000 ton op conto van de Nederlanders. De ongeveer tien schepen uit verschillende andere Europese landen hebben de resterende 2000 ton binnengehaald.
Dit heeft M. de Groot van Rijkswaterstaat zondagavond vanuit Spanje gezegd. Volgens hem is de hoeveelheid olie die nog uit het scheepswrak op de oceaanbodem stroomt wel serieus te nemen, maar minder groot dan tot dusverre. De oude olievlekken, die noordoostelijke richting Frankrijk drijven, zijn nog ’slechts’ enkele tientallen kubieke meters groot.
De twee Nederlandse schepen zijn de Rijndelta en de Arca. De Groot denkt dat het tijdstip nadert dat de Rijndelta naar huis terug kan varen en dat de Arca enkele dagen later kan volgen.
Hij heeft daarover overleg gevoerd met het crisiscentrum in La Coruna. Dat neemt voor maandagmiddag een besluit. „Er is in Spanje natuurlijk politieke druk vanuit de visserij om alle hens aan dek te houden. Maar we blijven niet langer dan noodzakelijk.”
Volgens het hoofd waterbeheer van de directie Noordzee is paraatheid van de oliebestrijders voor de Nederlandse kust ook belangrijk. De nu in Spanje opgedane ervaring komt daarbij goed van pas.
De scenario’s voor een olieramp op de Noordzee gaan uit van het vrijkomen van 30.000 ton olie. Nederlandse schepen zouden daarvan de helft kunnen opruimen. De rest lost op of verdampt, is de veronderstelling. Er zijn afspraken (overeenkomst van Bonn) tussen de Noordzeelanden om elkaar in geval van nood bij te staan.
Volgens De Groot komt het succes van de inbreng van Rijkswaterstaat in Spanje door de doelmatigheid van de twee gespecialiseerde schepen en de ervaren bemanning. De Arca was eerder actief bij de bestrijding van de ramp met de tanker Erika in 1999 voor de kust van Bretagne.