Jami: Pas tevreden als mensen zonder gevaar islam kunnen verlaten
Je bent 22 jaar en de wereldpers van Abu Dhabi tot New York wil je interviewen vanwege de heldendaad die je hebt verricht: je hebt je geloof vaarwel gezegd. Jongensdroom of nachtmerrie? Vooral het laatste, zegt ex-moslim Ehsan Jami (inmiddels 23). „Sinds die tijd ben ik geen dag meer onbezorgd geweest.”
Het is 11 september 2007. New York maakt zich op voor een dag van herdenken, zes jaar nadat islamitische terroristen onder meer het World Trade Center volledig verwoestten. Een halve wereldbol verderop, in Amsterdam, verdringt de samengebalde wereldpers zich rond het tegenbeeld van die terroristen. „Meneer Jami, een vraagje van de Portugese pers!” Geflankeerd door een Britse en een Duitse ex-moslima richt Ehsan Jami zijn Comité voor Ex-moslims op. Tégen dwang en tégen de islam, vóór keuzevrijheid en vóór de mensenrechten.Wat doet die aandacht met een jongen van 22?
„Ik werd helemaal overspoeld. Ik had het gevoel dat ik niet meer wist wie ik was. Overal waren dreigingen en ik was kort daarvoor in elkaar geslagen. Dat moest ik eerst verwerken. Destijds was ik jong, niet alleen in leeftijd, maar vooral in ervaringen. Ik denk dat ik het afgelopen jaar geestelijk wel vijftien jaar ouder geworden ben.”
Jami doet zijn verhaal in een Haags café, half verscholen achter een zuil. Intussen screenen zijn beveiligers buiten het rumoerige stadsleven onophoudelijk op mogelijk gevaar.
Het moet geen pretje zijn om voortdurend te leven met het idee van een mogelijke aanslag op je leven.
„Het idee dat mensen je leven willen nemen is vreselijk. De eerste grote dreiging herinner ik me nog precies, ergens in augustus 2007. Op een avond kreeg ik te horen dat ik direct weg moest. Er was een aanslag op mij gepland. Ik zou op een gruwelijke wijze vermoord worden. Op dat moment zakte de stoep onder mijn voeten weg. Ik weet nog dat ik verbaasd was dat het bureau van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding het plan voor de aanslag zo gedetailleerd vertelde.
De impact van dat soort bedreigingen gaat nooit meer weg. Sindsdien ben ik eigenlijk geen dag meer onbezorgd geweest. Dag en nacht is er stress. Mijn concentratie is veel minder geworden. Mijn studie, bestuurskunde, ligt op dit moment zelfs stil. Ik vind bestuurskunde niet erg moeilijk, maar tegenwoordig kan ik me niet meer focussen.
Wat dat betreft mag er wel meer respect zijn voor iemand als PVV-leider Wilders. Ik ben zijn advocaat niet, maar dat iemand in die omstandigheden nog goed zijn werk kan doen, is echt bijzonder. Ik vind het idioot dat persoonsbeveiliging in Nederland normaal is geworden. Als Aboutaleb zegt: Ik ga niet meer naar de moskee omdat ik bang ben, is dat níét normaal. Als Wilders niet meer gewoon boodschappen kan doen, is dat níét normaal. Nederland slaapt, en we worden maar niet wakker.”
Doet u zelf nog wel uw eigen boodschappen?
„Je wordt voorzichtiger. Je gaat heel erg plannen: vandaag dit interview, daarna naar de supermarkt. Dat daarbij steeds beveiligers achter je aankomen, trekt de aandacht. Er is zelden een dag dat ik onbezorgd buiten kan lopen. En die dag zal ook niet snel komen, denk ik. Maar ik ben niet zielig. Ik ben juist trots op het feit dat ik kan vechten voor de vrijheden die we hier hebben. Morgen doe ik de dingen precies zo.”
Het Comité voor Ex-moslims dat Jami oprichtte, is inmiddels alweer ter ziele. Niemand wilde er zitting in nemen toen Jami de profeet Mohammed vergeleek met mensen als Hitler. Toch wil de ex-voorzitter niet spreken van een mislukking. „Afvalligheid is weer een thema geworden. Zelfs PvdA-leider Bos spreekt nu over de vrijheid om níét te geloven.”
Maar intussen staan de mensen om wie het gaat, de ex-moslims, in de kou.
„Ik heb vast steekjes laten vallen. Maar spijt is een zinloze emotie, zegt Voltaire. En bovendien: mijn optreden is hoe dan ook een breekijzer geweest. Het is mij kwalijk genomen dat ik de reden heb genoemd van mijn afscheid van de islam, namelijk dat ik diep teleurgesteld was toen ik ontdekte wie Mohammed werkelijk was. Maar ik vind dat je dat moet kunnen zeggen.”
Een ex-moslim die christen is geworden zei in deze krant: Met Mohammed belachelijk maken schiet je niets op. Vriendelijk zijn en respect tonen, dáár kun je moslims mee winnen.
„Ik geloof er heilig in dat je soms iets kwaads moet doen om iets goeds te bereiken. Hadden we dat principe niet al veel eerder toegepast, dan spraken we nu allemaal Duits. Als ik had gezegd: Prima godsdienst hoor, die islam, er zijn alleen hier en daar wat minpuntjes - ja, dan had niemand mij ooit gehoord en was het thema ondergesneeuwd gebleven.”
Diezelfde ex-moslim zei ook: Wat Jami doet, lijkt meer op een mediashow. Doet hij het echt voor zijn naaste, of zoekt hij eer en roem?
„Ik heb vaak gelezen dat ik mezelf zou willen profileren over de rug van moslims en ex-moslims. Wat ik me afvraag: Waarom wordt nooit van GroenLinks gezegd dat de partij over de rug van het milieu groot wil worden? Of van de Partij voor de Dieren, dat ze over de rug van de dieren wil groeien? Altijd als het over de islam gaat, wordt iemand die kritische kanttekeningen maakt op een simpele manier weggezet. Kijk maar naar Afshin Ellian: die wil alleen maar aandacht. Of Hirsi Ali, die riep alleen maar dingen om zo snel mogelijk in de VS te komen. En Jami, tja, die jongen is heel ijdel. Zulke opmerkingen zijn niet alleen onder de gordel, maar ook onjuist. Want laat ik duidelijk zijn: dit is geen leuk leven. Ik ben 23, het liefst zat ik met vrienden in een kroeg en had ik een normaal bestaan.”
In navolging van PVV-voorman Wilders noemt Jami de islam bij voorkeur geen religie, maar een ideologie. „De islam beperkt zich niet tot een geloof in het hiernamaals, maar wil ook het aardse maatschappelijke leven beheersen. Voor mij houdt hij dan op een religie te zijn.”
De islam is bovendien een ideologie die in de grond fout is, zegt Jami; zéker als het gaat om mensen die eruit willen stappen. „Het christendom heeft allerlei tradities en dogma’s, maar niemand wordt verplicht zich daaraan te houden. Dat geldt ook voor het jodendom. Maar neemt een moslim afstand van zijn geloof, dan komt hij in een vacuüm terecht - of erger. Ik vergelijk de islam met een tennisclub waar het verboden is om je lidmaatschap op te zeggen. Je vrouw en kinderen worden ook automatisch lid, levenslang. Nu, reken maar dat die tennisclub na 1400 jaar de grootste ter wereld is. Maar dat heeft niets met oprechte tennisliefhebbers te maken. Het is alleen door de dwang.”
Intussen weten veel leden nauwelijks wat een tennisbal is.
„Er zijn inderdaad heel veel moslims die de Koran nooit van hun leven hebben gezien, vaak zelfs de kaft niet eens. Gelukkig maar, want dan kennen ze al die gruwelijke verhalen ook niet. Intussen zijn ze echter wél lid van de club. Er zijn ook heel veel leden die allang voetbal en basketbal spelen, maar niemand weet dat van hen. Het zijn de whiskymoslims: ze drinken wel alcohol, maar dat moet in het geniep omdat afvalligheid zo’n levensgroot taboe is.”
Jami wordt steeds fanatieker. Iedere bedreiging lijkt verbleekt, zijn donkere ogen spuwen bijna vuur. Christen is hij niet, maar als het gaat over wat christenen kunnen doen tegen de islam, spreekt hij bijna uitsluitend in de eerste persoon meervoud. „Wij zetten helemaal niets tegenover de islam. Volgens mij zijn er twee oplossingen: we moeten óf de grondwet in stelling brengen tegen de islam, óf een gelijkwaardige kandidaat. Het christendom is zo’n gelijkwaardige partner. Christenen moeten meer identiteit tonen. Het hebben van een Koran is stoer, maar wie heeft er een Bijbel in zijn tas? We moeten weer trots zijn op wat we hebben in het christendom. Maar in plaats daarvan knielen we voor de islam en vervolgen onze weg als een geslagen hond, niet bereid om te sterven of zelfs maar te vechten voor onze vrijheden.”
Zou u zelf bereid zijn om voor de Nederlandse vrijheid te sterven?
„Absoluut. Omdat ik oprecht van dit land hou. Ik beschouw mezelf als een patriot. De Amerikanen zeggen: ”Walk the talk”, handel op de manier waarop je praat. Dat wil ik doen, mijn leven lang.”
Bent u wel eens bang voor de dood?
„Nee, absoluut niet. Als een relevant tv-station in Dubai mij zou uitnodigen om over mijn idealen te praten, zou ik gaan - ook al geldt er voor mij een negatief reisadvies. Qatar, Saudi-Arabië, Iran: als mij een podium geboden wordt in de landen waar die idealen het meest gemist worden, dan geef ik daar aan gehoor. Ik zoek de dood niet, maar ik zal wel tot het eind toe mijn overtuiging behouden. Als het je tijd is om dood te gaan, ontloop je dat niet. Ik zal niet op mijn knieën sterven.”
Zelfs Theo van Gogh smeekte in zijn laatste ogenblikken om genade.
„Dat is denk ik ook heel menselijk. Als je verdrinkt, doe je alles om weer boven water te komen.” Na een aarzeling: „Natuurlijk ken ik ook angst. Maar dan houd ik me vast aan de tegeltjeswijsheid: angst is een slechte raadgever. Mensen die dit lezen zullen me misschien voor gek verklaren, maar wat is er mooier dan te sterven voor de mensenrechten?”
Kunt u zich een voorstelling maken van wat er na de dood is?
„Daar ben ik te nuchter voor, hoewel ik wel spiritueel ben ingesteld. Maar als er een hiernamaals is, dan geloof ik dat ik het goede heb gedaan.”
Verlangt u er wel eens naar te kunnen geloven?
„Ik weet dat ik als atheïst te boek sta. Maar dat klopt niet. Ik geloof niet in religies, maar wel in God. Ik bid zelfs tot God, als de macht die boven het universum staat. En als het over het christendom gaat: Jezus Christus heb ik bijzonder hoog staan. Hij is een held voor me. Hij preekte liefde en geweldloosheid. Ik heb bijzonder veel respect voor wie Hij was en wellicht is.”
Wat bedoelt u met dat laatste?
„Ik geloof dat Zijn geest nog altijd rondwaart. Het is een geest van vrede en liefde. En van vergeving, vooral van vergeving. Ik moet denken aan het Bijbelverhaal over die vrouw die was vreemdgegaan. De dorpelingen willen haar stenigen en dan zegt Jezus: Wie zonder zonde is, werpe de eerste steen. Ik vind dat prachtig. Het raakt mij enorm. Hij is exact het tegenovergestelde van Mohammed, die mensen wél liet stenigen, zonder genade, zonder empathie. Jezus blijft echter tot het laatst toe vol genade en empathie. Hij stierf zelfs voor Zijn idealen.”
Jezus stierf in de eerste plaats als Zoon van God, om mensen weer met God te kunnen verenigen.
Het is even stil. Dan: „Ik begrijp hoe christenen tegen de dood van Jezus aankijken. Maar Zijn opmerkingen over God moet je misschien in die tijd zien. Voor moderne gelovigen is God een naam die ze aan hun geweten geven. Dat doe ik ook. Persoonlijk neem ik genoegen met wie ik zélf ben, en wat ik zélf doe. Ik heb geen rechtvaardiging nodig, of een religieus boek dat mij vertelt wat ik moet doen. Mijn heilige boek is het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens.”
U praat over de mensenrechten alsof het uw nieuwe religie is.
„De mensenrechten zijn voor mij heilig, dat klopt. Ze zijn nog beter dan onze Grondwet, die is imperfect. Zo zou ik graag zien dat aan de Grondwet wordt toegevoegd dat een kind zélf kan kiezen waarin hij gelooft, zoals in de mensenrechten staat. Ik vind dat kinderen areligieus moeten worden opgevoed. Zet Koran, Bijbel en Thora maar in de kast, zodat het kind er later zelf kennis mee kan maken. Maar het moet niet opgroeien met dogma’s over hemel en hel.”
Staat de terrorist van 11 september eigenlijk wel zo ver bij de ex-moslim vandaan? Het is Jami zelf die, met gefronst voorhoofd, de vraag oppert. „Mijn vader zei op 11 september 2001: Deze terroristen sterven voor wat ze de goede zaak vinden. Daar moet een gigantische overtuiging achter zitten, anders doe je dat niet. Nu besef ik pas dat ik precies hetzelfde ben als die kapers. Ik ben net zo overtuigd als zij, maar sta ideologisch helemaal aan de andere kant.”
U bent ook een fundamentalist, maar dan van de verlichting.
„Ik zou zeggen: Dat is een geuzennaam. Laat ik u vertellen wat mij zo fanatiek maakt. Ik was vijf jaar geleden in Iran, in de hoofdstad Teheran. Daar stond een prostituee, te herkennen aan de grote hoeveelheid make-up op haar gezicht. Aan haar hand had ze een kind. Toen kwam de politie. De agenten begonnen die vrouw keihard in elkaar te slaan. Het kind huilde en huilde terwijl die vrouw maar geslagen werd. Ik denk daar nog vaak aan. Helaas zal ik nooit meer naar Iran terug kunnen, maar die vrouw blijf ik me herinneren. Er zijn duizenden, miljoenen vrouwen zoals zij die smeken om onze vrijheid. Daar wil ik me voor inzetten, radicaal.”
Maar hoe dan? Uw laatste wapenfeit, een film over de profeet Mohammed, werd zelfs door moslimorganisaties als een „krachteloos niemendalletje” aan de kant geschoven.
„Ik bracht een film met inhoud. Maar helaas zei niemand wat over die inhoud. De film werd gerecenséérd, alsof het een speelfilm was. Wat gek dat Mohammed handschoenen aanheeft, de belichting is niet goed, het Engels is heel slecht… Met zulke kwalificaties is ”An interview with Mohammed” weggezet als een flutfilm. Dat voelt alsof ik de politie bel omdat er mensen worden vermoord, maar de agent aan de andere kant van de lijn zegt: Sorry, maar u maakt diverse fouten in uw zinsopbouw. Kunt u die eerst verbeteren?”
Op welke manier wilt u uw standpunt blijven verkondigen? Eén zetel in de gemeenteraad van Leidschendam-Voorburg zet niet veel zoden aan de dijk.
„Ik hoop dat het Nederlandse volk mij de eer gunt om zijn vertegenwoordiger te worden in de Tweede Kamer.”
Voor welke partij doet u dat het liefst?
„Daarover zijn we nog aan het praten.”
Ach, kom. Het is toch een publiek geheim dat u met Wilders sympathiseert?
Het blijft stil. „Ja, u kijkt mij aan, maar ik kan er niks over zeggen. Misschien verras ik u nog wel eens.”
Stel dat u een oude man wordt. Hoe kunt u dan tevreden terugkijken op uw leven?
„Ik zal tevreden zijn als mensen zonder gevaar de islam vaarwel kunnen zeggen. Ik zal tevreden zijn als onze kinderen trots zijn op hun land, trots op kaas, windmolens en voetbal. Ik zal tevreden zijn als hier overal Nederlandse vlaggen hangen. U lacht, maar als ik naar Amerika kijk, zie ik blijheid en trots. Overal zie je daar vlaggen hangen. Maar hoe doen wij dat? Wij hebben vlaginstructies. Onzin. Ik hoop dat de Nederlandse vlag straks aan ieder huis wappert.
Ik ben een Pers, en ik heb zelfs nog steeds de Iraanse nationaliteit omdat ik daar niet van af kan komen. Maar ik voel me vooral Nederlander. Iran heeft niets voor mij gedaan waar ik trots op kan zijn. Nederland heeft alles voor mij gedaan.”
Levensloop
Ehsan Jami wordt op 20 april 1985 geboren in de stad Mashhad, in het noordoosten van Iran. Zijn ouders zijn, hoewel moslim, politiek actief tegen de islamitische conservatieve geestelijkheid en vluchten in 1994 naar Nederland. Hier zet de jonge Ehsan zich af tegen zijn nieuwe land. Hij voelt „pure blijheid” als islamitische terroristen op 11 september 2001 dood en verderf zaaien in de Verenigde Staten.
Uitgelokt door de maatschappelijke onrust die na de aanslagen ontstaat, gaat Jami de wortels van zijn godsdienst onderzoeken. Daarop raakt hij meer en meer verwijderd van de islam. Hij meldt zich aan bij de PvdA in zijn gemeente Leidschendam-Voorburg en mag die partij op zijn twintigste vertegenwoordigen in de gemeenteraad. In 2007 loopt het spaak tussen Jami en de partij wegens Jami’s harde kritiek op de islam. Jami gaat als onafhankelijke fractie verder.
Sinds 2007 noemt hij zich officieel ex-moslim. Het Comité voor Ex-moslims dat hij dat jaar presenteert, wordt een jaar later alweer opgeheven omdat niemand zich durft aan te melden. Jami zelf krijgt, na serieuze bedreigingen, zware beveiliging.
In december 2008 doet Jami opnieuw van zich spreken door een film uit te brengen waarin hij de profeet Mohammed interviewt.