Geen berouw over opdoeken Sovjet-Unie
De leiders die het einde van de Sovjet-Unie inluidden, hebben daarover naar eigen zeggen geen bittere of nostalgische gevoelens, in tegenstelling tot de bevolking van Rusland. Het was zaterdag tien jaar geleden dat de Sovjet-Unie werd opgeheven.
Zo’n 72 procent van de Russen betreurt het verdwijnen van Sovjet-Unie, zo blijkt uit een peiling onder 2000 mensen door een onafhankelijk onderzoeksbureau.
De Russische leider Boris Jeltsin en zijn collega’s uit Oekraïne en Wit-Rusland, Leonid Kravtsjoek en Stanislav Sjoesjkevitsj, kwamen in een Wit-Russische jachthut bijeen voor geheime besprekingen over het opheffen van het communistische bolwerk, dat driekwart eeuw in het centrum van de internationale politiek had gestaan.
Op 8 december 1991 verklaarde het drietal vanuit het Wit-Russische woud dat de USSR „als internationale en geopolitieke realiteit niet langer bestond.” In plaats van de Sovjet-Unie kwamen er afzonderlijke staten, waardoor Sovjetpresident Gorbatsjov ineens zonder land kwam te zitten en er plots een einde kwam aan de creatie van Vladimir Lenin.
„Ik heb nergens spijt van, zei Sjoesjkevitsj, die inmiddels met pensioen is en het met een Wit-Russische uitkering van 5 gulden per maand moet doen. „Wij hebben alles goed gedaan. Er is geen enkele letter of zin die ik anders zou willen doen.”
Kravtsjoek was het met hem eens en zei de opheffing van de Sovjet-Unie te zien als een verdediging van de vrijheid. Jeltsin liet niets van zich horen.
De afgelopen tien jaar zijn bijzonder zwaar geweest voor de voormalige Sovjetrepublieken. Onder Jeltsin leek Rusland zich te bevrijden van de beperkingen van de planeconomie, maar in 1998 stortte de wrakke economie in en raakten veel Russen hun spaargeld kwijt.
Sinds het aantreden van president Vladimir Poetin is de economie weer enigszins gestabiliseerd, maar volgens liberalen heeft de nieuwe heerser van het Kremlin de orde hersteld ten koste van de net verworven democratische vrijheden.
Oekraïne is lang niet zo snel hervormd als velen hadden gehoopt en de regering van president Leonid Koetsjma worstelt al jaren met aantijgingen van corruptie en de relatie met Moskou is gespannen. De 49,8 miljoen Oekraïners zijn sterk verdeeld tussen nationalisten en mensen die nauwere banden met Rusland willen. In Wit-Rusland is de Sovjet-Unie nog springlevend. President Aleksandr Loekasjenko heeft de media en de oppositie aan banden gelegd en wordt door de rest van de wereld gemeden.
Atoomaanval
De Frankfurter Allgemeine Sonntagszeitung schreef gisteren op basis van onlangs in Hongaarse militaire archieven gevonden documenten dat het Warschaupact bij het uitbreken van een oorlog in Europa zou zijn overgegaan tot een atoomaanval op München, Wenen en Verona. Westerse historici en NAVO-experts namen algemeen aan dat het militaire pact onder leiding van de Sovjet-Unie plannen had voor atoomaanvallen op West-Europese steden, maar daarvoor was nooit documentair bewijs gevonden.
Voorts bericht de krant over de vondst van een geheime boodschap van Sovjetminister van Defensie Dmitri Oestinov uit 1981 waarin werd gesteld dat in geval van oorlog Sovjetkernwapens ingezet zouden worden tegen strategische doelen in alle Europese NAVO-landen.