Verkiezing nieuw EP mogelijk vervroegd
Een commissie uit het Europees Parlement (EP) wil de Europese verkiezingen in 2004 vervroegen. De volksvertegenwoordiging kan dan als de uitbreiding van de EU haar beslag krijgt meteen aantreden in nieuwe samenstelling.
Het ziet ernaar uit dat de feitelijke aansluiting van de tien, vooral uit het voormalige Oostblok afkomstige kandidaat-lidstaten zal plaatsvinden op 1 mei van genoemd jaar. In principe mogen de burgers in de Unie vervolgens op 15 mei naar de stembus.
De commissie voor constitutionele zaken acht het beter, teneinde een soepele overgang te bewerkstelligen, de verkiezingen naar voren te halen of, omgekeerd, de toetreding enkele weken te vertragen. Zij dringt er bij de vijftien ministers van Buitenlandse Zaken op aan snel een besluit hierover te nemen.
In het EP hebben thans 626 afgevaardigden zitting. Na de vergroting van de EU zullen dat er 732 zijn. De meeste huidige lidstaten raken zetels kwijt. Zo gaat het aantal voor Nederland beschikbare stoelen van 31 naar 27.
Ook voor de Europese Commissie dient zich een overgangssituatie aan. Zij omvat thans 20 personen. De vijf grote landen hebben er elk twee aangewezen, de overige tien elk één. In de volgende periode leveren Duitsland, Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk, Italië en Spanje hun tweede commissaris in en bedraagt het totaal 25. Dit is vastgelegd in het Verdrag van Nice.
Tussen mei en november in 2004 zal de betrokken instelling echter tijdelijk 30 leden tellen, de 20 van nu plus uit elke dan toegelaten lidstaat één. De afspraak luidt dat de nieuwkomers wel over de bevoegdheid beschikken om over alle onderwerpen mee te beslissen, maar dat zij gedurende die termijn geen eigen portefeuille beheren. Het EP heeft er moeite mee dat het straks, anders dan gebruikelijk, geen gelegenheid krijgt om vooraf de beoogde extra commissarissen uitvoerig te ondervragen.