Het toerisme is voor Aruba de belangrijkste bron van inkomsten. Meer dan de helft van de bijna 97.000 bewoners van het eiland werkt in de sector. Het eiland telt dik 7000 hotelkamers. De markt leunt voor het grootste deel op Amerika. Maar liefst 63 procent van de 750.000 toeristen per jaar komt uit de Verenigde Staten.

Na de aanslagen van 11 september in New York en Washington stortte de Amerikaanse markt in. Het aantal bezoekers nam met 10 procent af, terwijl voor de rampdatum een groei was te noteren van bijna 4 procent. Er zijn geen massaontslagen gevallen en er sluiten geen hotels, maar de Arubaanse regering maakt zich wel zorgen. Met 8 miljoen gulden steun van Nederland wordt de komende maanden een campagne ingezet om de toeristen weer naar het vakantie-eiland te halen.

Brieson wil dat doen door Aruba op de Amerikaanse markt neer te zetten als „een rustige en veilige bestemming", zo zei hij gisteren in Den Haag. Maar omdat de Amerikanen bang zijn om te vliegen, zoekt Brieson ook compensatie in Europa. Bijna 50.000 Europese toeristen komen jaarlijks naar Aruba, van wie 64 procent Nederlanders. Dat aantal kan omhoog, aldus de minister. Hij mikt vooral op stellen zonder kinderen, jonggehuwden, gezinnen met jonge kinderen en 50-plussers.

Vluchten
De minister van Toerisme sprak deze week met een aantal touroperators. Probleem is het aantal vluchten en dus het aantal vliegtuigstoelen naar Aruba. Naast de reguliere (en dure) vluchten van de KLM gaat Martinair twee keer per week via Miami in Florida naar het eiland. Complicatie is dat sinds de verscherpte veiligheidsmaatregelen in Amerika de totale reis maar liefst zestien uur duurt. Een rechtstreeks vlucht naar Aruba duurt negen uur.

Binnen twee weken moet er duidelijkheid zijn over een rechtstreekse Martinair-vlucht Amsterdam-Aruba, die daarna doorgaat naar Curaçao. „Dat maakt het voor de Nederlandse toerist veel aantrekkelijker." Binnen Europa richt de strategie van Aruba zich verder op nieuwe markten zoals Scandinavië en Spanje.

Aruba –25 kilometer voor de kust van Venezuela– vormt een zelfstandig onderdeel binnen het Koninkrijk der Nederlanden en heeft sinds 1986 de status aparte. De vijf eilanden Curaçao, Bonaire, Sint Maarten, Sint Eustatius en Saba vormen de Nederlandse Antillen. Ook zij krijgen van Den Haag geldelijke steun voor het teruglopende toerisme.