Tientallen doden bij geweld in Kasjmir
Indiase veiligheidstroepen hebben zondag in het centrum van Jammu, de winterhoofdstad van de Indiase deelstaat Jammu en Kasjmir, met raketwerpers een einde gemaakt aan de bezetting van twee hindoetempels door moslimextremisten.
Twaalf mensen, onder wie de twee extremisten, vonden de dood. In de tempels bevonden zich honderden bezoekers. Ten minste vijftig van hen, meest praktiserende hindoes, raakten gewond.
Politiewoordvoerder Ashok Suri zei dat de politie na zes uur een van de daders had gedood in de Raghunath-tempel en de andere in de nabijgelegen Panchvatar-tempel. Het tempelgebied werd gisteravond veilig verklaard nadat het terrein grondig was doorzocht op extremisten, mijnen en munitie.
Onder de doden zijn vijf burgers, twee politiemannen en de twee daders. De identiteit van de drie andere slachtoffers is nog niet bekend. Voordat zij de tempel bestormden gooiden de twee extremisten handgranaten naar een ijssalon op een nabijgelegen markt en vuurden zij lukraak in het rond. Op de markt bevonden zich duizenden mensen.
De actie en het politieoptreden leidden in Jammu tot hevige rellen. Honderden hindoes raakten slaags met de politie. Zij verweten de nieuwe regering van de deelstaat hen onvoldoende te beschermen. Verscheidene rebellen zijn de afgelopen weken op vrije voeten gesteld. De verwachting was dat vice-premier Lal Krishna Advani vandaag een verklaring in het parlement zou afleggen.
In Jammu en Kasjmir, waar sinds 1989 islamitische opstandelingen actief zijn, is sprake van een geweldsgolf, die de afgelopen drie dagen aan ten minste 36 mensen het leven heeft gekost.
Moslimrebellen vechten sinds dertien jaar voor onafhankelijkheid van het Indiase deel van Kasjmir of aansluiting bij Pakistan. Er zijn meer dan dertien rebellengroepen actief. Een deel daarvan opereert vanuit Pakistan, dat er door India van wordt beschuldigd de rebellen te financieren. Pakistan zegt dat het de rebellen slechts moreel steunt.