Nieuwe aanpak voor zedendelinquent
Reclassering Nederland gaat vanaf volgend jaar experimenteren met een nieuwe methode om zedendelinquenten te begeleiden.
De dienst werkt op dit moment in samenwerking met een Tilburgse hogeschool aan een plan van aanpak voor de methode.„Het is een methode waarbij zedendelinquenten continu begeleid worden door vrijwilligers, die weer worden ondersteund door professionals”, aldus Sjef van Gennip, algemeen directeur van Reclassering Nederland.
Van Gennip constateert een gebrek aan afdoende begeleiding van zedendelinquenten. „Nu nemen we als reclassering regelmatig na een proeftijd afscheid van veroordeelden terwijl we weten dat ze nog steeds een risico vormen voor de maatschappij.”
De methode is in Canada en Engeland al in gebruik. Daar was de methode succesvol, aldus Van Gennip. Bij de methode, COSA genaamd, houden minstens vijf vrijwilligers intensief contact met de zedendelinquent. Deze ondersteuning blijft een aantal jaren bestaan nadat de delinquent is vrijgelaten. De vrijwilligers zijn speciaal getraind in de omgang met de doelgroep en het herkennen van signalen die tot terugval in delictgedrag kunnen leiden.
De COSA-aanpak is een twaalfstappenplan en afgeleid van de methode van Anonieme Alcoholisten. Ook daarbij praten mensen met elkaar intensief over de verleidingen, in dat geval van alcohol. De Amerikaanse site van de COSA-aanpak legt een verband met de afhankelijkheid van de verslaafde van God.
Recent ontstond ophef in verband met zedendelinquenten die terugkeerden in een woonwijk. Om problemen te voorkomen, gaat de gemeente Amsterdam de gangen van een veroordeelde pedofiel na.