Het zogeheten wrakingsverzoek diende vrijdag voor het hof in Arnhem. Toewijzing van het verzoek kan betekenen dat het proces van Bakker en mededirecteur Willie Pater maanden vertraging oploopt.

Volgens advocaat J. Plasman is de reden voor het wrakingsverzoek de toelichting van het hof in het tussenarrest van 12 november. Daarin geeft het aan dat er in verschillende bewaarplaatsen van de verwoeste vuurwerkfabriek ’zeer zwaar vuurwerk’ heeft gelegen. Plasman vindt deze stelling voorbarig, omdat het hof juist dat gegeven nog moet onderzoeken.

In principe begint het hoger beroep tegen beide directeuren dinsdag. De twee werden door de rechtbank in Almelo in april veroordeeld tot zes maanden celstraf, waarvan drie maanden voorwaardelijk.

Plasman vindt dat het hof een vooringenomen standpunt heeft neergezet in haar toelichting. „Ik kan het hof moeilijk beschuldigen van bewuste vooringenomenheid, maar bij Bakker bestaat de indruk dat er al is geoordeeld dat er vlak voor de explosie te zwaar vuurwerk heeft gelegen in een van de bewaarplaatsen in de vuurwerkfabriek. Met dit standpunt beslist het hof al over een kernpunt in de tenlastelegging, terwijl de behandeling van het hoger beroep nog moet beginnen.”

Plasman heeft de voorzitter van het hof inmiddels een brief gestuurd. „De voorzitter komt ook tot de conclusie dat deze passage in de toelichting te stellig was. Voor Bakker is dit punt van groot belang, want hij en ik kunnen aantonen dat de testen van TNO ondeugdelijk waren. Met die strategie gaan wij dit hoger beroep in”, aldus de raadsman.

Het hof dat niet wil reageren op het wrakingsverzoek, doet maandag uitspraak.