NAVO investeert in defensiecapactiteit
De regeringsleiders van de negentien NAVO-landen bereikten donderdag in Praag overeenstemming over investeringen in militaire capaciteit. Negen landen hebben zelfs toegezegd hun defensie-uitgaven te verhogen.
„Als je wilt dat je mensen veilig zijn, moet je daar geld in investeren”, zei secretaris-generaal Robertson na afloop. Nederland heeft echter juist onlangs besloten 800 miljoen euro te bezuinigen op defensie.
De toegezegde investeringen kunnen worden gezien als een overwinning van de VS op de top in Praag. Al jaren klagen de Amerikanen dat Europa achterblijft in defensiecapaciteit.
Robertson benadrukte dat de hoogte van de begrotingen echter niet maatgevend is, maar wel hoe het geld wordt besteed. „We hebben op dit moment al veel te veel tanks en troepen. Maar we hebben een gebrek aan hoogtechnologische wapens”, aldus Robertson.
De Nederlandse minister van Defensie Korthals zei donderdag na afloop van de besprekingen dat de uitvoering van de plannen vooral bij de ministers van Defensie ligt. In het verleden werden veel afspraken tussen lidstaten naderhand gewoon niet uitgevoerd. „Deze keer is er echter wel vertrouwen in de uitvoering”, aldus Korthals.
Ook heeft de NAVO besluiten genomen over een snelle reactiemacht. Deze macht moet snel kunnen optreden en toeslaan als een bondgenoot van buitenaf wordt aangevallen. In 2004 moet deze macht actief zijn. Een bron binnen de Nederlandse defensie verwacht dat deze in 2006 compleet zal zijn met ruim 20.000 snel inzetbare militairen. Behalve de oprichting van een reactiemacht wordt ook de commandostructuur van de NAVO gemoderniseerd.
Het besluit over de uitbreiding van de NAVO met zeven voormalige Oostbloklanden houdt concreet een uitnodiging aan deze landen in zich verder klaar te maken en tijdens de NAVO-top in mei 2004 definitief als lid toe te treden. Tijdens een korte, speciale zitting van de NAVO-Raad donderdag, waar de regeringsleiders van de nieuwe lidstaten zich mochten voorstellen, benadrukte Robertson dat de uitnodiging „geen beloning is, maar een hoge verantwoordelijkheid” inhoudt. De landen zullen zich militair en politiek verder moeten hervormen om definitief te worden toegelaten.
Als gevolg van de uitbreiding in 2004 met zeven nieuwe lidstaten wordt ook de besluitvorming binnen het bondgenootschap gestroomlijnd. Robertson zei echter donderdag: „Het gaat niet om het aantal landen, maar om de toewijding die deze landen hebben voor gezamenlijke actie.”