Dertien nieuwe ministers in Nepal
De Nepalese koning Gyanendra heeft maandag dertien nieuwe ministers benoemd.
Het kabinet, dat vorige maand aantrad nadat Gyanendra de democratisch gekozen regering naar huis had gestuurd, telt nu 22 leden.
De koning benoemde de ministers in overleg met premier Lokendra Bahadur Chand, zo werd gemeld in een verklaring van het paleis. De nieuwe ministers zijn aanhangers van de koning of niet aan een politieke partij gebonden.
De politieke partijen protesteren tegen wat zij beschouwen als pogingen van de koning de democratie te ondermijnen. Een woordvoerder van de Nepalese Congrespartij, Narhari Acharya, zei dat de koning de bestaande kloof tussen hem en de politieke partijen met de benoeming heeft vergroot. Een andere criticus, Subash Nemwang van de Verenigde Marxistisch-Leninistisch Communistische Partij, noemde de benoeming „een uitnodiging voor een politieke ramp.”
Gyanendra ontsloeg premier Bahadur Deuba en zijn regering vorige maand, omdat Deuba incompetent zou zijn en er niet in was geslaagd op tijd parlementsverkiezingen uit te schrijven. De politieke situatie in Nepal is uiterst chaotisch sinds Gyanendra vorig jaar de troon besteeg nadat zijn broer, koning Birendra, in juni 2001 was doodgeschoten door kroonprins Dipendra. Birendra was een van de tien leden van de koninklijke familie die bij het bloedbad in het paleis om het leven kwamen. Dipendra benam zichzelf het leven.
Nepal worstelt bovendien met een opstand van maoïstische rebellen, die sinds 1996 proberen de monarchie ten val te brengen. De gewelddadige strijd heeft tot nu toe zeker 7000 mensen het leven gekost.