„Nu weten we dat vergeving echt bestaat”
In drie gevangenissen geeft Gevangenenzorg Nederland groepscursussen herstelrecht. Het doel? Gevangenen bewust maken van hun daden onder het motto: geloof in herstel. Via het individuele bezoek door vrijwilligers aan gevangenen hoopt de organisatie de op herstel gerichte benadering straks nog meer te kunnen uitwerken. Op een vrijwilligersdag die de organisatie vandaag belegt, staat het onderwerp centraal.
Bestaat er echt zoiets als vergeving? De twee jeugddelinquenten in jeugdinrichting Teylingereind in Sassenheim hadden er nog nooit iets van gemerkt. Ze waren geen lieverdjes, vertelt Esther Klaassen, werkzaam bij Gevangenenzorg Nederland. „Beiden handelden in drugs en hadden zich schuldig gemaakt aan mishandeling.”Klaassen ontmoette de jongens als leider van de cursus Spreken over schuld (SOS), die Gevangenenzorg Nederland onder andere in Teylingereind aanbiedt. In een van de bijeenkomsten toonde ze een filmfragment waarin te zien is hoe een jonge dader berouw krijgt na de beroving van een oude man. Later krijgt hij contact met de dochter van zijn slachtoffer. Uit haar mond krijgt hij te horen: „Je bent een parel in Gods hand.”
Klaassen: „De jongens in Sassenheim moesten voor de SOS-cursus nog een zogenaamde daad van herstel doen. Dat is een vast onderdeel dat bijvoorbeeld bestaat uit het maken van een kunstwerk voor een slachtoffer. Door de woorden van de vrouw uit het filmfragment waren ze zo aangedaan dat ze voor haar een schilderij van een parel wilden maken. Aan het slot van de cursus konden ze het haar persoonlijk cadeau doen en haar vragen hoe zij zich met de overvaller van haar vader had kunnen verzoenen. Zij vertelde daarop iets van de kracht die God haar had gegeven. Daarna zeiden de jongens: Nu weten we dat vergeving echt bestaat.”
Schone lei
De SOS-cursus is onderdeel van een benadering die bekendstaat als de herstelgerichte detentie. Deze beweging ontstond in de jaren zeventig in Canada en waaide van daaruit via Nieuw-Zeeland over naar Europa. Uitgangspunt is dat een veroordeelde tijdens het uitzitten van zijn straf door gesprekken en cursussen inzicht krijgt in de gevolgen van zijn handelen voor alle betrokkenen en bij terugkeer in de maatschappij in alle opzichten kan beginnen met een schone lei. De herstelgerichte detentie kan erin uitmonden dat de dader zijn slachtoffer excuus maakt. Soms gaan de contacten nog verder en ontmoeten beiden elkaar.
De Rotterdamse strafrechtdeskundige dr. J. R. Blad is in Nederland een van de pleitbezorgers van de herstelgerichte detentie. Mede door zijn toedoen ontstond in 2001 een platform dat probeert het openbaar ministerie en de justitiële wereld warm te krijgen voor het herstelrecht.
De directie van Detentie Concept Lelystad, een ultramodern gevangeniscomplex, zag wel wat in de benadering en vroeg Gevangenenzorg Nederland via directeur Hans Barendrecht een cursus herstelrecht te verzorgen. „De herstelgerichte benadering ligt eigenlijk ten grondslag aan onze manier van werken”, zegt Klaassen, die eind 2005 als consulent herstelrechtprogramma’s in dienst trad bij Gevangenenzorg Nederland.
De organisatie legt zich niet zozeer toe op het regelen van ontmoetingen tussen daders en slachtoffers. Die taak heeft de overheid neergelegd bij stichting Slachtoffer in Beeld. „Je zou kunnen zeggen dat wij het voorwerk doen. Wij willen gevangenen inzicht geven in de gevolgen van hun delict, maar ook laten zien dat een deel van de maatschappij hun een nieuwe kans wil geven, dat er net als in het Bijbelverhaal van Jezus en Zacheüs hoop is op herstel.”
De cursus die Klaassen in Lelystad geeft bestaat uit negen groepsgesprekken. Het streven van de bijeenkomsten is gericht op een goed samenzijn, rond thema’s als ”verantwoordelijkheid nemen”, ”sorry zeggen en sorry doen”, ”omgaan met conflicten” en ”keuzes maken”. „We hopen de deelnemers aan het denken te zetten aan de hand van prikkelende vragen, zoals: Wat hebben jullie met het woord ”sorry”? Of: Wat is de beste keus die jullie ooit hebben gemaakt?”
Eenzelfde SOS-groepscursus als in Teylingereind geeft Klaassen ook in de penitentiaire inrichting in Zoetermeer, de plaats waar ook Gevangenenzorg Nederland is gevestigd. Er is een verschil: in Zoetermeer is de cursus op volwassenen gericht.
Koploper
Binnen Europa verschilt de toepassing van de herstelgerichte detentie van land tot land. België wordt algemeen gezien als koploper, zegt Klaassen. „Elke gevangenis heeft daar zijn eigen herstelrechtconsulent die samen met de dader kan toewerken naar de verzoeningsbijeenkomst met het slachtoffer. In Nederland heeft alleen de gevangenis in Nieuwegein daar iemand voor in dienst. Zijn er gedetineerden die in het reine willen komen met zichzelf en hun slachtoffer, dan moet dat via-via worden geregeld. Bijvoorbeeld via de geestelijke verzorging, of de dienst maatschappelijk werk.”
Dat Gevangenenzorg Nederland zijn steentje bijdraagt via de groepscursussen in Sassenheim, Zoetermeer en Lelystad stemt Klaassen tevreden. Wel koestert de organisatie al lange tijd de wens ook elders met gedetineerden in gesprek te raken over verantwoordelijkheid nemen, verzoening en herstel. „Het is zonder meer zorgelijk als jaarlijks grote groepen gedetineerden de gevangenis verlaten zonder ooit te zijn benaderd met het aanbod te werken aan herstel.” Klaassen grijpt terug op haar ervaring met de twee jongeren die in Sassenheim de vrouw uit het filmfragment ontmoetten. „Van het bezoek dat zij kregen waren ze compleet ondersteboven. Beiden zijn een herstelrechttraject ingegaan.”
In de toekomst hoopt Gevangenenzorg Nederland de herstelgerichte benadering ook meer uit te werken via het individuele bezoek door vrijwilligers aan gevangenen. Op een vrijwilligersdag die de organisatie vandaag belegt, staat het onderwerp centraal. Van de 300 vrijwilligers zijn er 250 inzetbaar voor individuele bezoeken, aldus Klaassen. „Door de consulenten met wie vrijwilligers hun bezoeken evalueren toe te rusten met praktische kennis over herstelrecht hopen we te bereiken dat meer mogelijkheden om tot herstel te komen worden benut.”