Buitenland

Millenniumdoelen, nog een lange weg te gaan tot 2015

Regeringsleiders van 189 landen stelden in 2000 tijdens een VN-top acht millenniumdoelen vast, die moeten helpen om de belangrijkste problemen in ontwikkelingslanden voor 2015 aan te pakken. Elk jaar wordt de voortgang gemeten en internationaal gerapporteerd, maar de progressie blijkt meestal gering.

Buitenlandredactie
25 September 2008 14:10Gewijzigd op 14 November 2020 06:26

MILLENNIUMDOEL 1: Het percentage mensen dat in extreme armoede leeft, is in 2015 ten minste gehalveerd ten opzichte van 1990. In 1990 moesten wereldwijd 1,2 miljard mensen overleven van minder dan 1 dollar per dag. Vooral in India en China is de armoede sterk afgenomen.Ook moet het percentage mensen dat honger lijdt, worden gehalveerd. Naar schatting zijn 800 miljoen mensen ondervoed, 150 miljoen kinderen onder de 5 jaar lijden aan ondergewicht en er sterven elke dag 24.000 mensen van honger. Vooral in sub-Sahara-Afrika en Zuid-Azië is vanaf 2000 een verslechtering te zien.

MILLENNIUMDOEL 2: In 2015 moeten alle kinderen in alle landen basisonderwijs volgen. Nu gaat een op de vijf kinderen in ontwikkelingslanden -ongeveer 250 miljoen- nog niet naar school. Verplicht basisonderwijs is tevens een belangrijk middel in de strijd tegen kinderarbeid. Het aantal jonge mensen dat kan lezen en schrijven is gestegen van 81 procent in 1990 tot 85 procent in 2004.

MILLENNIUMDOEL 3: Mannen en vrouwen moeten in 2015 gelijkwaardig zijn. Volgens internationale mensenrechtenverdragen hebben ze dezelfde rechten al. In de praktijk blijkt dit niet voldoende om discriminatie van vrouwen tegen te gaan. In veel landen volgen minder meisjes dan jongens basisonderwijs: gemiddeld 95 meisjes tegen 100 jongens. In 2005 moest deze achterstand al ingehaald zijn; dat is slechts in enkele landen gelukt. Ook moeten eerwraak, besnijdenis en vrouwenhandel uitgebannen zijn. Geen enkel ander land is dichter bij het doel gekomen dan Rwanda: 49 procent van de parlementariërs is vrouw.

MILLENNIUMDOEL 4: Het aantal kinderen dat voor de vijfde verjaardag overlijdt, moet met twee derde zijn teruggebracht ten opzichte van 1990. Ruim 11 miljoen kinderen -30.000 per dag- sterven voor hun vijfde levensjaar. De belangrijkste oorzaken zijn diarree, mazelen, longontsteking en malaria. Ook worden veel kinderen via de moeder besmet met het hiv-virus.

Het aantal kinderen dat sterft aan de mazelen is tussen 2000 en 2006 met twee derde gedaald. Maatregelen tegen aids en malaria hebben de kindersterfte teruggebracht van 12,7 miljoen in 1990 naar 9,2 miljoen in 2007. Met het huidige tempo wordt het doel pas gehaald in 2045.

MILLENNIUMDOEL 5: Moedersterfte moet in 2015 met driekwart zijn teruggebracht ten opzichte van 1990. Jaarlijks overlijden een half miljoen vrouwen aan de gevolgen van illegale abortus. Beschikbaarheid van voorbehoedsmiddelen en veilige abortus worden aanbevolen als de oplossing. In landen die reeds een laag moedersterftecijfer hebben, is veel meer vooruitgang geboekt dan in landen met een hoge moedersterfte.

Het streven is dat 90 procent van alle bevallingen in 2015 met professionele hulp plaatsvindt. Nu sterven veel moeders tijdens of na de bevalling door bloedingen, infecties en hoge bloeddruk. Goede medische hulp en kraamzorg kan dat voorkomen.

MILLENNIUMDOEL 6: In 2015 moet de verspreiding van ziektes als malaria, aids en tbc gestopt zijn. Om besmetting met hiv te verhoeden, vinden de VN seksuele voorlichting en beschikbaarheid van condooms noodzakelijk. Wereldwijd zijn naar schatting 39 miljoen mensen besmet met het hiv-virus. Dagelijks infecteert het virus 14.000 mensen. Ruim 15 miljoen Afrikaanse kinderen verloren door aids een of beide ouders. In Uganda, Senegal, Thailand en Brazilië is het aantal besmettingen gedaald. Voor een op de vijf met hiv besmette mensen zijn wereldwijd medicijnen beschikbaar.

Jaarlijks sterven 1 miljoen mensen aan malaria en 1,7 miljoen mensen aan tuberculose (tbc); 90 procent daarvan woont in Afrika. In Azië en Latijns-Amerika is het aantal besmettingen met tbc sterk afgenomen, in Afrika daarentegen is dat tussen 1990 en 2004 verdubbeld. Van de kinderen slaapt 16 procent onder een muskietennet dat behandeld is met insekticiden om malaria te voorkomen.

MILLENNIUMDOEL 7: Het aantal mensen zonder toegang tot veilig drinkwater moet in 2015 gehalveerd zijn ten opzichte van 1990. Nu hebben 1 miljard mensen geen toegang tot schoon drinkwater en 2,6 miljard mensen geen toegang tot sanitair. Het aantal mensen met toegang tot schone waterbronnen steeg van 71 procent in 1990 tot 80 procent in 2004. Het aantal mensen dat sanitaire voorzieningen kan gebruiken, steeg in die periode van 49 naar 59 procent.

Twee andere onderdelen van dit doel zijn bescherming van het milieu en minder mensen in sloppenwijken. Daarin leven nu ongeveer 900 miljoen mensen. Er is sprake van overbevolking, slechte drinkwatervoorziening en volksgezondheid en gebrek aan riolering. Naar alle waarschijnlijkheid is er meer tijd voor nodig om deze onderdelen te realiseren.

MILLENNIUMDOEL 8: Het laatste doel beschrijft waarmee rijke landen de zeven andere millenniumdoelen kunnen realiseren. Ze moeten volgens afspraak minstens 0,7 procent van het bruto nationaal product uitgeven aan ontwikkelingssamenwerking. Vijf landen voldoen daaraan: Denemarken, Nederland, Luxemburg, Noorwegen en Zweden.

Handelsbarrières zoals importheffingen op goederen uit ontwikkelingslanden moeten worden opgeheven. Subsidies die rijke landen geven aan hun boeren moeten worden afgeschaft. Landbouwproducten zijn vaak de belangrijkste exportproducten voor een ontwikkelingsland.

Meer informatie: www.millenniumdoelen.nl.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer