Ahold profiteerde niet bij inkoopdeals
Het volledig bijtellen van de omzetten van dochterondernemingen door supermarktconcern Ahold droeg niet bij tot betere inkoopdeals met levensmiddelenproducenten. Dat getuigde voormalig financieel topman Michiel Meurs maandag tegenover het gerechtshof in Amsterdam tijdens de behandeling van het hoger beroep in de strafzaak tegen vier voormalige bestuurders van Ahold.
Het supermarktconcern telde de omzet van dochterondernemingen volledig op, terwijl het bedrijf niet de volledige zeggenschap had bij de dochterbedrijven. De voorzitter van het college van rechters wilde van de voormalig financieel topman weten of, zoals door anderen verklaard, de hogere totaalomzet gunstig uitpakte voor Ahold in zijn onderhandelingen met producten als Unilever of Nestlé.„Absoluut niet. Een inkoper en een verkoper deden niet met het jaarverslag in de hand zaken", aldus Meurs. De gewezen topman getuigde dat het de producent enkel alleen ging om het aantal winkels en de af te nemen volumes. „Dan zijn ze dolblij".
Andere redenen om te consolideren, die de rechter Meurs voorhield, ontkrachtte de voormalig topman stellig. Zo zou Ahold de omzet door de consolidatie kunstmatig hoog kunnen houden, opdat aandeelhouders en beleggers gunstiger gestemd zijn. Bovendien zouden de bonussen van bestuurders aan de hogere resultaten verbonden zijn.
„Er is gekozen om volledig te consolideren en dan zijn de cijfers zoals ze zijn. Het consolidatiebeleid werd al jaren doorgezet. Meurs zag bij zijn aantreden als financieel topman bij Ahold in 1997 dan ook geen reden om vraagtekens te zetten bij het beleid.
Het hof wilde verder van Meurs weten hoe tussen Ahold en de accountantsfirma Deloitte werd gesproken over consolidatie. „Er waren geen rode vlaggen van Deloitte naar ons toe over consolidatie", aldus Meurs. Volgens de topman waren er geen twijfels bij Ahold of het concern volgens de Amerikaanse boekhoudkundige regels wel correct consolideerde. De rechter hield hem echter documenten voor waarin er wel gesproken werd over de (on)juistheid van de methode. „Dat was geen probleem, maar een open constructieve dialoog tussen Ahold en de accountant. Meer niet".
Tijdens de zitting in Amsterdam waren alle vier verdachten, oud–topman Cees van der Hoeven, Meurs, oud–bestuurslid Jan Andreae en ex–commissaris Roland Fahlin aanwezig. Meurs was voor het eerst bij een zitting bij het gerechtshof. Aan het einde van de middag werd het verhoor van Meurs geschorst. Het wordt woensdag hervat.