Buitenland

”Cubaanse” diaspora terug in Zuid-Sudan

Met zo’n 600 zijn ze, kinderen uit Zuid-Sudan die in de jaren tachtig op uitnodiging van Fidel Castro naar school gingen in Cuba. De voormalige SPLA-leider John Garang wilde van hen de intellectuele voorhoede maken van een onafhankelijk Zuid-Sudan. Een kleine honderd ”Cubanen” zijn na een lange omweg teruggekeerd naar Zuid-Sudan en werken er als dokter of zakenman.

IPS
5 September 2008 23:01Gewijzigd op 14 November 2020 06:20

Bona Bol is bijna 2 meter lang, maar zijn ambities zijn nog groter. Samen met zijn partner Majok Wek importeert hij auto’s, bouwmateriaal en voedsel. Het volgende item op het verlanglijstje is een vliegtuig. Ze willen graag hun deel inpalmen van een groeiende markt die wordt gedomineerd door chartermaatschappijen uit Kenia en Uanda.Tijdens het interview schakelen Bol en Wek regelmatig over op het Spaans, een gewoonte die ze delen met de andere 91 teruggekeerde ”Cubanen”. In Juba, de stoffige hoofdstad van Zuid-Sudan, ontmoeten ze elkaar geregeld in La Habana, een nachtclub die een van hen er heeft geopend als eerbetoon aan hun gedeelde Caraïbische jeugd.

Hun avontuur begon meer dan twintig jaar geleden. De meesten waren als kindsoldaat actief in het Zuid-Sudanese guerrillaleger toen ze door de moerassen en de vlaktes van Zuid-Sudan richting Ethiopië moesten trekken. Vandaar ging het per schip of per vliegtuig naar een speciaal voor hen opgerichte school op het Cubaanse Isla de Juventud. Ze kregen er les, werkten er op plantages en gingen in het weekend kamperen op het strand.

Dokter Martha Martin Dar werkt nu in het Juba Teaching Hospital en herinnert zich levendig de warme kleuren, de geur van rijp fruit en de vochtige zeelucht. Ze herinnert zich ook dat de leider van de zuidelijke opstand, John Garang, Cuba verschillende keren bezocht. Garang, die in 2005 omkwam bij een vliegtuigongeluk, drukte hen op het hart dat hun opleiding cruciaal was in de strijd tegen de marginalisatie door Noord-Sudan.

Dat idealisme is nog niet helemaal verdwenen. „We zijn niet gedwongen vertrokken”, zegt Daniel Madit, een van vijftien in Cuba opgeleide dokters die zijn teruggekeerd. „We waren op een missie en die missie is nog niet afgelopen.” De kinderen die naar Cuba vertrokken, werden zogezegd willekeurig geselecteerd uit verschillende regio’s. In de praktijk stuurden de leiders van de opstand vooral hun eigen kinderen en die van hun familie en streekgenoten.

De terugkeer naar Sudan verliep alleen niet zo vlot als gepland. In 1991 was de Sovjet-Unie geïmplodeerd en raakte Cuba in economisch zwaar weer. De rebellenbeweging in Zuid-Sudan was verdeeld geraakt door etnische tegenstellingen en vocht intern een bloedige burgeroorlog uit.

Cuba vroeg bijstand aan de VN-Vluchtelingenorganisatie UNHCR en zo belandde de helft van de Cubaanse Sudanezen in Canada. Het waren moeilijke tijden, omdat Canada hun medische kwalificaties niet erkende. Madit werkte een tijdje als vleesinpakster, Dar bij een bank. „Voor het eerst was alles wit, koud en bevroren”, zegt Madit.

Uiteindelijk belandden vijftien Sudanese artsen via een Amerikaanse hulporganisatie weer in Sudan, waar momenten van frustratie en voldoening elkaar in snel tempo opvolgen. Dar herinnert zich de grote puinhoop die het ziekenhuis van Juba aanvankelijk was, met vijf kinderen in één bed en patiënten die op de grond sliepen. Toch heeft ze het gevoel dat ze hier op haar plaats was.

Toen ze aankwam op de luchthaven, moest iemand van haar familie bevestigen dat de man die haar stond op te wachten haar vader was. „In het begin was het communiceren moeilijk”, zegt ze. „Het was alsof mijn allereerste herinnering terugkwam. Ik was hem totaal vergeten.”

De vijftien Cubaanse dokters zijn gretig opgeslokt door een gezondheidssysteem dat aan alles tekort heeft en dat slechts een kwart van de bevolking bereikt. Het zuiden van Sudan heeft een van de hoogste kindersterftecijfers in de wereld: 13 procent van de kinderen haalt er het vijfde levensjaar niet.

Het overgrote deel van de Zuid-Sudanese diaspora leeft nog altijd in Amerika, Canada, Australië of Groot-Brittannië. Nadat in 2005 de vrede met het noorden werd getekend, bleef de gehoopte terugkeer van mensen met geld en kwalificaties grotendeels uit. De Sudanezen in het buitenland hebben een hypotheek af te betalen, een gezin te voeden en zijn niet zeker dat de fragiele vrede zal standhouden.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer