Hulpverleners in noorden India
De autoriteiten in India hebben woensdag soldaten en helikopters naar het noorden van het land gestuurd, waar meer dan een miljoen mensen door overstromingen zijn ingesloten. Nog eens twee miljoen mensen in de arme deelstaat Bihar kampen met wateroverlast.
De jaarlijkse moessonregens hebben dit jaar al meer dan achthonderd levens geëist. Inwoners van Bihar worden bedreigd doordat de rivier de Kosi buiten de oevers is getreden. Er zijn driehonderd kampen ingericht waar mensen maandenlang opgevangen kunnen worden tot er nieuwe dijken zijn aangelegd en de toestand in de getroffen weer enigszins genormaliseerd is.De autoriteiten waarschuwen dat het grootste gevaar nog moet komen. In de bovenloop van de rivier in Nepal heeft het water zich een weg gezocht door een kanaal waarvan de oevers niet verhoogd of verstevigd zijn. Het water dat daar over de dijken komt zal in het omringende gebied een verwoestende uitwerking hebben. De bewoners zijn opgeroepen te vluchten nu dat nog kan, maar zij zien de omvang van het gevaar niet dat hen bedreigt, omdat zij gewend zijn aan de cyclus van wateroverlast en droogte.
Volgens Unicef zijn wegen en spoorwegen in Bihar door de regens beschadigd en zijn ook de drinkwater- en elektriciteitsvoorziening aangetast. Bovendien is er door de grote aantallen vluchtelingen een gezondheidsrisico ontstaan en bestaat het gevaar van infectieziektes.
Ook de deelstaat Uttar Pradesh ten westen van Bihar is dit jaar zwaar getroffen door de moessonregens. Hier zijn sinds juni al meer dan achthonderd mensen omgekomen; in Bihar zijn tot nog toe 36 dodelijke slachtoffers geteld. Vorig jaar eisten overstromingen als gevolg van de moessonregens 2200 levens in Zuid-Azië en kwamen 31 miljoen mensen zonder huis, voedsel of andere benodigdheden te zitten. De VN noemde de overstromingen van 2007 de ergste uit de recente geschiedenis.