Karadzic uit handen Nederlandse rechter
De zaak-Karadzic is donderdag toevertrouwd aan de derde strafkamer van het Joegoslaviëtribunaal. Daarmee is de zaak niet langer ondergebracht bij de Nederlander Alphons Orie van de eerste strafkamer. De president van het tribunaal, Fausto Pocar, heeft dit bepaald.
Pocar stelt dat de overheveling om praktische redenen en met onmiddellijke ingang geschiedt. Hij meent dat de werklast zo beter over de drie strafkamers wordt verdeeld. De reden om Karadzic eerst aan Orie toe te vertrouwen was vooral het beleid van de aanklagers. Die suggereerden eerder dat ze de zaak-Karadzic wilden samenvoegen met één die reeds in het pakket van Orie zat. Dat brengt Karadzic dan vrijwel automatisch op het bord van Orie.Maar volgens Pocar is dat plan van de baan. Het aparte proces-Karadzic kan dus ook elders worden ondergebracht. De derde strafkamer staat onder voorzitterschap van de Jamaicaanse rechter Patrick Robinson. Die hoeft echter niet zelf de voorzittend rechter in het proces te worden.
In deze verklaring van Pocar wordt niet gerept van de bezwaren die Karadzic zelf tegen de Nederlander Orie naar voren bracht. Karadzic vindt dat Orie een veel te partijdige figuur is die draconische straffen heeft opgelegd aan Bosnische Serviërs. Orie heeft als Nederlander bovendien een persoonlijk belang wegens de kwestie Srebrenica.
Karadzic diende dinsdag een wrakingsverzoek tegen Orie in. Later donderdag concludeerde Pocar in een aparte verklaring dat het wrakingsverzoek nu is achterhaald en geen zin meer heeft.
Een van de pijlers onder de aanklachten tegen Karadzic is het drama Srebrenica. Daar ondernamen in juli 1995 Nederlandse blauwhelmen niets tegen Bosnisch-Servische aanvallers. Die namen de Oost-Bosnische plaats na een lange belegering in. Dat leidde in de omgeving tot een massaslachting onder moslimmannen die uit de plaats wegvluchtten.
Deze volkerenmoord zou zijn gepleegd onder verantwoordelijkheid van onder anderen de politieke leider van de Serviërs in Bosnië, Radovan Karadzic. Hij werd eind juli in de nabijheid van Belgrado aangehouden na twaalf jaar spoorloos te zijn geweest. Hij is overgebracht naar het Joegoslaviëtribunaal in Den Haag en werd op 31 juli voorgeleid voor rechter Orie. De volgende zitting in zijn zaak is op 29 augustus.