Luchthaven Barajas: de trots van Madrid
Het ongeluk waarbij woensdag vlucht JK 5022 van de maatschappij Spanair crashte, vond plaats op de hypermoderne luchthaven Barajas.
Barajas, dat 12 kilometer ten noordoosten van Madrid ligt, is momenteel in grootte de dertiende luchthaven ter wereld en de vierde van Europa.Tijdens het drama waren de weersomstandigheden op de luchthaven normaal. Ook zijn er geen bijzondere gegevens bekend over de conditie van start- en landingsbanen.
In 2007 verwerkte het vliegveld 52,1 miljoen passagiers. Door de bouw van een vierde terminal in 2005 kan de capaciteit van het vliegveld doorgroeien tot 70 miljoen passagiers per jaar.
Barajas is Europees koploper in vluchten naar Latijns-Amerika. De mainport, genoemd naar een voorstad van Madrid, werd gebouwd in 1928.
De grootste Spaanse luchthaven werd in 2006 uitgebreid met twee start- en landingsbanen, zodat Barajas nu beschikt over vier banen. Het bewuste toestel vertrok woensdagmiddag vanaf baan 2 en stortte daarnaast neer.
Twee jaar geleden ontving de Madrileense luchthaven de prestigieuze Royal Institute of British Architects Prize. Deze prijs dankte het vliegveld aan de geavanceerde architectuur van de in dat jaar voltooide vierde terminal.
Op de luchthaven deden zich eerder ongevallen voor, in november en december 1983. Daarbij kwamen in totaal 266 mensen om het leven.
In december 2006 werd Barajas getroffen door een aanslag van de Baskische afscheidingsbeweging ETA, waarbij twee doden vielen.