Al-Bashir: Geen genocide in Darfur
De Sudanese president Omar al-Bashir, die door het Internationaal Strafhof in Den Haag is aangeklaagd wegens genocide in de regio Darfur, heeft woensdag ontkend dat zijn regime schuldig is aan volkerenmoord.
Al-Bashir sprak woensdag voor het eerst sinds lange tijd een internationaal publiek toe tijdens een Afrikaans-Turkse top in het Turkse Istanbul. De Sudanese president werd vorige maand door het Internationaal Strafhof in Den Haag aangeklaagd wegens genocide en oorlogsmisdaden. De aanklagers zeggen dat het regeringsleger en verwante milities sinds 2003 ongeveer 300.000 Sudanezen hebben vermoord. Zeker 2,5 miljoen mensen zijn ontheemd.Volgens de Sudanese president zijn die cijfers schromelijk overdreven. „Als die cijfers kloppen, waar zijn dan de massagraven?” zei Al-Bashir tijdens een persconferentie. Het was zijn eerste buitenlandse bezoek sinds hij is aangeklaagd.
Voor volgend jaar beloofde hij vrije en eerlijke verkiezingen, „die het geweld moeten beëindigen en verzoening teweeg moeten brengen.” Met die aankondiging vervulde Al-Bashir een langgekoesterde wens van zijn zuidelijke rivalen. Tot 2005 woedde er, los van het nu nog steeds voortdurende conflict in Darfur, ook in het zuiden van Sudan een oorlog tussen de regering en rebellen. In het vredesakkoord van 2005 spraken regering en rebellen onder andere af dat er in 2009 vrije en democratische verkiezingen in het hele land zouden komen. Als Al-Bashir zich aan deze belofte houdt, kunnen dit de meest vrije en eerlijke verkiezingen in tientallen jaren in Sudan zijn.