Islamitische partij in Turkije de grote favoriet
Turkije gaat zaterdag vervroegd naar de stembus. Omdat de islamitische Gerechtigheids- en Ontwikkelingspartij (AKP) hoge ogen lijkt te gaan gooien, kijkt Europa met argusogen toe.
Dat de AKP in de peilingen bovenaan staat, is voor sommigen in het seculiere Turkije een afschrikwekkend gegeven. Die tweestrijd is tekenend voor Turkije, dat altijd heeft gebalanceerd tussen Oost en West. Maar een eventuele overwinning van de AKP doet ook de vrees opleven dat het leger opnieuw zal ingrijpen om het Turkse secularisme te beschermen.
De Turkse bevolking heeft weinig vertrouwen in de gevestigde partijen zoals Democratisch Links van premier Bulent Ecevit, de rechtse Nationalistische Actiepartij en de centrumrechtse Moederland Partij, die in de jaren ’80 de boventoon voerde in de Turkse politiek. De drie partijen van de oude garde staan er in de peilingen zo slecht voor dat waarschijnlijk geen van hen een zetel zal weten te bemachtigen in het parlement.
Veel Turken lijken ook niet zozeer aangetrokken door het religieuze karakter van de AKP als wel door de hoop dat een nieuwe partij een eind zal maken aan de corruptie, die veelal gezien wordt als de veroorzaker van de economische problemen in Turkije. Mensen wijzen er ook op dat moslimpartijen in het verleden hebben gezorgd voor goede sociale voorzieningen in de wijken waar zij aan de macht waren.
Ecevit heeft al te kennen gegeven na de verkiezingen uit de politiek te zullen stappen, waarin hij ruim veertig jaar actief was, onder andere als premier van vijf kabinetten. De 77-jarige leider is met zijn fragiele voorkomen en trillende stem bijna een metafoor voor de Turkse economie, vechtend met de zwaarste recessie sinds de Tweede Wereldoorlog.
Nieuwkomers op het politieke toneel hebben in deze omstandigheden de wind mee. De AKP is pas een jaar geleden opgericht en haalt nu al mogelijk 30 procent van de stemmen. Dat is waarschijnlijk voldoende om een regering te vormen, hoewel een coalitie daarbij nodig lijkt.
Op de AKP volgt volgens de peilingen de linkse Republikeinse Volkspartij met 20 procent van de kiezers achter zich. In 1999 haalde die partij 9 procent van de stemmen binnen, maar zij wint nu aan populariteit onder kiezers die fel gekant zijn tegen de AKP. Daarnaast trekt zij stemmen door een van haar vooraanstaande leden, Kemal Dervis, de geliefde, hervormingsgezinde oud-minister van Economische Zaken. Bovendien heeft de partij geen deel uitgemaakt van het vertrekkende parlement.
De overige kiesgerechtigden hebben volgens de peilingen óf nog geen keuze gemaakt, óf zijn verdeeld over verschillende kleine partijen. Maar zoals Ilnur Cevik, hoofdredacteur van een Turkse krant, het stelt: „De regerende elite zal verdwijnen.”
Europa en de Verenigde Staten volgen de politieke ontwikkelingen in Turkije op de voet. Het grotendeels islamitische, maar ook seculiere en democratische land speelt een belangrijke rol in de oorlog tegen het terrorisme. Het leidt momenteel de internationale vredesmacht in Afghanistan, is lid van de NAVO en grenst aan Irak, waardoor de Turkse steun voor een eventuele aanval op dat land cruciaal is.
De keuze voor een islamitische partij zal verder de kansen van Turkije om lid te worden van de Europese Unie geen goed doen. Veel Europeanen zullen hun vraagtekens plaatsen bij de toetreding van een islamitisch land, dat een twijfelachtige reputatie op het gebied van de mensenrechten heeft en een democratie kent die getekend is door couppogingen.
De AKP is opgericht door een aantal leden van een islamitische splinterpartij die in 1997 aan de kant werd gezet door het leger, dat zichzelf beschouwt als de aangewezen bewaker van het diepgewortelde Turkse secularisme.
De huidige partijleiding, die zich zeer bewust is van de risico’s die de link met militante moslims met zich meebrengt, benadrukt dat de partij veranderd is, dat er geen islamitische agenda is en dat AKP „een gewone conservatieve partij” is. Tegenstanders menen evenwel dat de partij haar ware gezicht pas na de verkiezingen zal laten zien.