Georgisch conflict bedreigt olietoevoer
De oorlog tussen Georgië en Rusland kan zeer schadelijke gevolgen hebben voor de Europese Unie. Het conflict bedreigt de toevoer van olie en gas van buiten Europa naar de Unie. Om de Europese afhankelijkheid van Russische energie te verminderen, ontwikkelt de EU aanvoerroutes via Centraal-Azië die Rusland omzeilen.
In deze ontwikkeling speelt Georgië een belangrijke rol. In het land is een netwerk van pijpleidingen aangelegd. Vooral één leiding is van belang, de Bakoe-Tbilisi-Ceyhan-pijplijn, die de internationale markt van een miljoen vaten Kaspische ruwe olie per dag voorziet, afkomstig van leveranciers die onafhankelijk zijn van zowel Rusland als de Organisatie van Olie Exporterende Landen (OPEC).Daarnaast voorzien de Georgische havens de wereldmarkt van nog eens 500.000 vaten ruwe olie per dag uit Azerbeidzjan, Kazachstan en Turkmenistan. Deze hoeveelheid moet in de nabije toekomst met 200.000 vaten per dag worden uitgebreid.
Door Georgië wordt ook gas doorgevoerd. Een belangrijke leiding verbindt Azerbeidzjan via Georgië met Turkije en vandaar met de Europese consument. Uitbreiding van deze toevoerlijn moet de hoeveelheid gas van 6,5 miljard kubieke meter de komende jaren verdrievoudigen.
De leiding Bakoe-Tbilisi-Ceyhan werd maandag bijna getroffen door een Russisch bombardement. Hoewel de olietoevoer niet onderbroken werd en de olieprijzen zelfs licht daalden, bracht de bijna-treffer de kwetsbaarheid van de Europese strategie voor de diversificatie van zijn toevoerlijnen aan het licht.
De EU en de Verenigde Staten zijn ongerust over de manier waarop Rusland zijn energierijkdom gebruikt om zijn invloed internationaal uit te breiden. Georgië leek een prima oplossing om Rusland te omzeilen, maar als het niet langer een veilig doorvoerland is, verdwijnt daarmee de verminderde afhankelijkheid van Rusland.
De doorvoer van energiebronnen door Georgië was het eerste teken van een breuk in Ruslands monopolie over het transport van Kaspische olie en gas, zegt Steve Levine, auteur van ”The Oil and the Glory”. Rusland is niet langer de baas en Azerbeidzjan en Georgië ontlenen hun politieke onafhankelijkheid aan de pijpleidingen over hun grondgebied.
Michael Klare, auteur van ”Rising Powers, Shrinking Planet, the New Geopolitics of Energy”, legt het strategische belang van Georgië bij de EU en, vooral, bij de voormalige Amerikaanse president Bill Clinton. Clinton koos Georgië als alternatief voor de toevoer van Kaspische olie en gas naar het Westen.
De beslissing van Clinton vormt de achtergrond voor het huidige Georgische conflict met Rusland, denkt Klare. Georgië heeft bijzonder veel militaire hulp van de VS ontvangen. Rusland is hier woedend over en probeert nu de banden van Georgië met het Westen te beteugelen.
Om dit doel te bereiken, maakt Rusland handig gebruik van Zuid-Ossetië en Abchazië. In deze regio’s, waar voornamelijk etnische Russen wonen, zijn Russische troepen geplaatst, die „als dolken naar het hart van de Georgische onafhankelijkheid wijzen”, zegt Klare.
De gevechten in beide regio’s ondermijnen nu de aanleg door de EU van nieuwe pijpleidingen in Georgië. Voor de onafhankelijkheid van Europa is het van belang dat die op grondgebied worden aangelegd waar de Russische invloed niet komt.
Als alternatief wordt gekeken naar Armenië, maar ook dit land kampt met een regio die zich wil afscheiden, Nagorno-Karabach. Sluimerende spanningen in die regio kunnen vlug ontvlammen, waarop Rusland kan besluiten in te grijpen. Voor Moskou behoort Armenië namelijk nog altijd tot de Russische invloedssfeer.
De Britse oliemaatschappij BP heeft dinsdag naar aanleiding van het gewapende conflict in Georgië uit voorzorg een oliepijpleiding door het land gesloten. De leiding, met een capaciteit van 90.000 vaten olie per dag, verbindt Bakoe in Azerbeidzjan met de Georgische kust aan de Zwarte Zee.
BP zei dat het sluiten van de leiding voor onbepaalde tijd geen reactie is op gerichte Russische bombardementen op pijpleidingen, zoals geruchten eerder beweerden.
Een andere belangrijke pijpleiding, die olie transporteert van de Kaspische Zee via Georgië naar de Turkse Middellandse Zeekust, bleef eveneens ongeschonden. Dat meldde de Turkse president Abdullah Gül. Deze leiding is echter sinds een brand vorige week, waarvoor Koerdische rebellen de verantwoordelijkheid hebben opgeëist, voor een onbekende periode buiten bedrijf.
Vanuit havens in Georgië werd tot voor kort dagelijks het equivalent van meer dan een half miljoen vaten olie verscheept, maar dat is door het sluiten van de twee pijpleidingen aanzienlijk verminderd. Een medewerker van BP zei dat de olieproductie in de Kaspische Zee hierdoor eveneens aanzienlijk is gedaald.