Binnenland

Franse temperaturen in Nederland

Hetere zuidenwinden in de zomer en meer warme zuidwestenwinden in de winter zijn samen hoofdverantwoordelijk voor het snel opwarmende klimaat in Nederland. Ook de vermindering van de hoeveelheid fijnstof levert een bijdrage. In de schonere lucht is de intensiteit van de zonnestraling sterker.

W. van Hengel
1 August 2008 09:55
beeld RD
beeld RD

Hartje zomer 2008. De temperatuur schommelt rond de 32 graden Celsius. De perfecte entourage voor de klimaatwetenschappers van het KNMI die donderdag in De Bilt hun vijfjaarlijkse rapport ”De toestand van het klimaat in Nederland” overhandigden aan staatssecretaris Huizinga van Verkeer en Waterstaat. De journalisten lieten het ondanks de warmte niet afweten: de perszaal -met airconditioning en geblindeerde ramen- van het KNMI zat stampvol. Het klimaat is ’hot’.Driekwart jaar is er aan het rapport gewerkt. „We hebben aan de hand van onze metingen gekeken hoe het klimaat zich in de afgelopen periode heeft ontwikkeld en of dit klopt met onze vroegere verwachtingen”, lichtte de hoofdsamensteller van het rapport, dr. Arie Kattenberg, toe. „Waren onze eerste rapporten nog enigszins onzeker, in de loop der jaren wordt het klimaatsignaal steeds sterker en worden onze conclusies steviger.”

Dat blijkt ook uit het rapport. Stelden de KNMI-klimatologen in 2003 in het vorige rapport nog dat de temperatuurstijging toeval zou kunnen zijn, in het nieuwe document rekenen zij daarmee vrijwel af. „De kans dat de opwarming op toeval berust, is in onze berekening kleiner dan 1 op 1000.”

Opmerkelijk is dat Nederland en ook de andere West-Europese landen sneller opwarmen dan de rest van de wereld. Per seizoen zijn er overigens verschillen. De lentetemperaturen zijn tussen 1950 en 2008 2,8 keer zo snel gestegen als de wereldgemiddelde temperatuur, bij de herfsttemperaturen was dit 1,8. Zomer en winter zitten er tussenin met 2,1 en 2,4. De KNMI-klimatologen komen uit op een opwarming van zo’n 1,5 graden Celsius in honderd jaar. De langjarige gemiddelde jaartemperatuur schommelt rond de 9,8 graden.

In 2006 en 2007 werden nieuwe temperatuurrecords gevestigd. Het waren de warmste jaren sinds 1706, toen in Nederland met temperatuurmetingen werd begonnen. De gemiddelde jaartemperatuur lag gelijk aan het langjarig gemiddelde in de jaren 1961-1990 in midden-Frankrijk, zo’n 600 tot 800 kilometer zuidelijker.

De oorzaken van de forse opwarming van Nederland zijn volgens KNMI-klimaatwetenschapper dr. Rob van Dorland intussen redelijk duidelijk. Uitdroging en hitte in Zuid-Europa zorgen via zuidenwinden voor de aanvoer van droge en warme luchtmassa’s, waardoor in de zomer de Nederlandse temperaturen verder kunnen oplopen. In de winter is sprake van een toename van zuidwestenwinden die zachte lucht aanvoeren en afname van oostenwind, die doorgaans kou brengt.

„Wat de oorzaak is van de toenemende zuidwestelijke circulatie in de winter weten we niet. Het kan toeval zijn, mogelijk is er een verband met het versterkte broeikaseffect. We zien veranderingen, maar hebben daar op dit moment nog niet altijd een verklaring voor”, aldus Van Dorland.

Stijging van de temperatuur leidt ook tot een grotere opwarming van het Noordzeewater. Als er dan koelere lucht over dat relatief warme water wordt aangevoerd, kan dit vooral in de kustprovincies leiden tot meer neerslag en wateroverlast. Dat verschijnsel doet zich vooral voor in de (late) zomer. „Naarmate Nederland verder opwarmt, zal dat effect sterker worden. Een temperatuurstijging van 1 graad van het Noordzeewater zorgt bij zuidwestenwind voor een neerslagtoename van 15 procent”, aldus Van Dorland.

Ook de afname van de hoeveelheid fijnstof in de lucht sinds eind jaren tachtig van de vorige eeuw lijkt een duit in het zakje te doen als het gaat om temperatuurstijging. In schonere lucht neemt de intensiteit van de zonnestraling aan de grond toe. Belangrijker nog lijkt ook de invloed van de droge luchtmassa’s uit Zuid-Europa. Waarschijnlijk is er sprake van een afname van de bewolking, vooral bij zuidelijke wind, waardoor de zon meer kans krijgt.

Na kooldioxide en methaan, is ozon in de troposfeer het belangrijkste broeikasgas. De troposfeer wordt gevormd door de luchtmassa’s tot op zo’n 15 kilometer hoogte. In de schattingen van de invloed van dit ozon op het klimaat zitten volgens de klimaatonderzoekers nog grote onzekerheden. Meer onderzoek daarnaar achten zij daarom van groot belang.

www.knmi.nl/kenniscentrum/de_toestand_van_het_klimaat_in_Nederland_2008.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer