Kerk & religie

Eens per maand een ieder-heeft-ietsdienst

Halfelf, tijd voor koffie. Met een mok in de hand komen verschillende bewoners van leefgemeenschap Elim in Doorn de huiskamer binnen. De karakteristieke ruimte -met erker, glas in lood en een vloer in visgraatmotief- verandert ’s zondags in een kerkzaal.

31 July 2008 10:33Gewijzigd op 14 November 2020 06:10
Elim is niet alleen een leefgemeenschap maar ook een huisgemeente. De karakteristieke huiskamer van het oude pand aan de Bergweg in Doorn verandert op zondag in een kerkzaal.
Elim is niet alleen een leefgemeenschap maar ook een huisgemeente. De karakteristieke huiskamer van het oude pand aan de Bergweg in Doorn verandert op zondag in een kerkzaal.

Elim is niet alleen een leefgemeenschap, maar ook een huisgemeente. Zo’n vijftig mensen, grotendeels van buiten, nemen ’s zondags plaats op een van de inklapbare stoeltjes die in rijen zijn klaargezet. „Dat past best”, glimlacht Wim Dorsman terwijl hij de huiskamer in ogenschouw neemt.Dorsman is vaste bewoner en woordvoerder van Elim. Verder wonen er drie echtparen en drie kinderen in of rond het oude pand aan de rand van het bos. Het is haast niet zichtbaar vanaf het onverharde pad waaraan het huis staat. De diepe kuilen in het weggetje staan vol water. Pas als een bezoeker de felrode brievenbus aan het begin van het toegangspaadje passeert, valt zijn oog op het bordje aan de deur. Nummer 7, Elim.

Geen richtingaanwijzers dus of pontificale borden. Wel een innemende ontvangst. Gastvrijheid is het visitekaartje van de leefgemeenschap. Het duurt niet lang of de bel gaat opnieuw. Een telefoon rinkelt. Verschillende mensen lopen binnen. „Ik was toch in de buurt.” Een bezoekster tegen een bewoonster: „Bedankt voor de kaart.” Gasten kunnen voor korte of lange tijd een bed krijgen.

Leven als eerste christenen. Geestelijke en materiële zaken met elkaar delen. Gastvrijheid kunnen tonen. Het zijn de belangrijkste beweegredenen van de leefgemeenschapleden. Dorsman: „We leven in gemeenschap van goederen. De financiën zitten in één grote pot. Daaruit betalen we alles.”

Henk van de Giessen -hij stelt zich voor als Henk- is samen met zijn vrouw bewoner van het eerste uur. Met het echtpaar Gijs en Dieneke van den Brink huurden ze in 1975 een deel van het pand, dat toen nog in andere handen was. „Omdat we arm waren”, zegt hij. „Dan kruip je bij elkaar.”

Je moet er een type voor zijn, tekent hij aan. „Samenleven is een kunst en het leven hier is intensiever dan in een doorsneegezin. Ook privé heb je met veel mensen te maken. Je moet leren overleggen, de auto en de woonruimte delen. Tegelijk wil je iemand de ruimte geven in de opvoeding van de kinderen of in een andere zienswijze. Als je dat kunt, is een leefgemeenschap een verrijking, geen verschraling.”

Elim staat te boek als een zelfstandige geloofsgemeenschap. Het idee van een huisgemeente vindt Dorsman „heel praktisch en heel Bijbels.” De leefgemeenschap heeft de nieuwtestamentische gemeente aan huis als voorbeeld. „Nu we een huisgemeente vormen, hoeven we op zondag niet met twee of drie auto’s naar een kerk te verkassen”, zegt de woordvoerder. „Verder brengt deze vorm van gemeente-zijn nieuwe talenten aan de oppervlakte. De één blijkt goed in het spreken, de ander in het muziek maken.”

De dienst is „niet erg liturgisch”, de afzonderlijke elementen „spontaan ontstaan.” Behalve zang en gebed is er een preek, drie keer in de maand. Deze wordt gehouden door een lid van de leefgemeenschap of een gemeentelid. Eens per maand houdt Elim een zogenoemde ieder-heeft-ietsdienst, waarin iedereen een bijdrage kan leveren.

De gemeente wil zich niet vereenzelvigen met een bepaalde denominatie en voelt zich onderdeel van „de universele kerk, het lichaam van Christus.”

Jeannette is binnengekomen en zit onderuitgezakt in een fauteuil. Ze komt hier al negen jaar, vertelt ze. Sinds Kerst is ze officieel lid van de gemeente. „Als ik hier binnenstap, kom ik thuis. Elim geeft me een warm gevoel, een ontspannen gevoel. Je mag hier zijn zoals je bent.”

„Je wordt hier niet veroordeeld”, voegt vaste bewoonster Liesbeth hieraan toe. „Dat is al een evangelie.”

Dit is het vijfde deel in een serie over christelijke geloofsgemeenschappen in Nederland. De serie verschijnt naar aanleiding van de recente publicatie ”Handboek Christelijk Nederland”. Volgende week donderdag deel 6.


Leefgemeenschap Elim in Doorn

Twee idealistische echtparen betrekken in 1975 woonruimte aan de Bergweg in Doorn. Na wat startersperikelen vormen ze zes jaar later samen met een derde stel leefgemeenschap Elim.

De kring van mensen om hen heen groeit. Samen houden ze bidstonden en Bijbelstudie. In 1985 besluit deze groep als huisgemeente verder te gaan. De zelfstandige geloofsgemeenschap, met inmiddels rond de vijftig leden, bestaat naast de leefgemeenschap. Zij voelt zich onder meer verwant met de vroege anabaptisten (hutterieten) vanwege hun gemeenschapsleven, met de Reformatie vanwege de nadruk op Woord en Geest, met de baptisten vanwege de geloofsdoop en met de pinksterbeweging om de nadruk op een leven door de Geest en de geestesgaven.

Elim is sterk gericht op zending en evangelisatie. De leefgemeenschap ondersteunt zendings en ontwikkelingswerk in verschillende derdewereldlanden.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer