Eensgezindheid Libanon slechts schijn
Beelden van een uitzinnige menigte in Libanon woensdag na de vrijlating van de laatste Libanese strijders uit de Israëlische gevangenis flitsten de wereld over. Na maanden van onrust en politieke spanningen in het land van de ceder lijkt het alsof men weer eensgezind is. Niets is minder waar.
Lang niet iedereen is blij met de gevangenenruil die door de sjiitische Hezbollah als overwinning wordt geclaimd. De partij van Allah dient zelfs op te passen dat zij zich niet buitenspel zet.Scholen, staatsinstellingen en het gros van de winkels bleven woensdag gesloten. Voor de buitenwereld leek het alsof het land in ware jubelstemming verkeerde. Maar de langverwachte gevangenenruil is ook in Libanon zelf uiterst controversieel.
De lichamen van twee in 2006 ontvoerde soldaten, Ehud Goldwasser en Eldad Regev, werden geruild tegen vijf Libanese gevangenen, onder wie Samir Kantar, de lichamen van acht Hezbollahstrijders en bijna 200 Palestijnse strijders afkomstig uit vluchtelingenkampen in Libanon.
Goldwasser en Regev werden werden 12 juli 2006 gekidnapt door Hezbollah bij een aanval op de grens. Hezbollah wilde zo een sterke onderhandelingspositie krijgen om Kantar te bevrijden.
De aanval aan de grens in het zuiden was het begin van de 34 dagen durende zomeroorlog, die twee jaar later nog steeds een economische en politieke tol eist in het land. Het is de achtste door de VN gesponsorde ruil tussen Israël en Hezbollah sinds 1991.
Kantar wordt door Hezbollah als held gezien, maar velen in Libanon zien hem als een ordinaire crimineel die de oorlog met het buurland al helemaal niet waard was.
Hezbollahleider Nasrallah sprak woensdagavond voor duizenden aanhangers in de zuidelijke buitenwijken van de hoofdstad. Kantar was samen met vier andere gevangenen in een militaire Hezbollahoutfit gehesen. De Libanese president Michel Suleiman had hen kort daarvoor samen met de premier en andere politici op de luchthaven welkom geheten. Het was de eerste officiële taak van de vorige week vrijdag gevormde regering van nationale eenheid.
Nasrallah stak in een tamelijk milde speech zijn blijdschap niet onder stoelen of banken. Volgens hem was de zomeroorlog louter gestart om Kantar te bevrijden. Ook zei hij klaar te zijn voor onderhandelingen over alle openstaande zaken in het land en riep hij de Libanezen ertoe op van het verzet weer een nationale zaak te maken.
Geen eenvoudige opgaaf, want Hezbollah heeft de afgelopen jaren aan populariteit ingeboet. De zomeroorlog alleen zorgde al voor een stroomversnelling van verzet tegen de wapens van de beweging. De meerderheid van de Libanezen vindt Kantar geen oorlog, die meer dan duizend levens eiste en miljarden schade veroorzaakte, waard. Een andere veelgehoorde reactie in actualiteitenprogramma’s is de vraag: Als Israël de gevangenen toch wilde ruilen, waar was dan de hele oorlog voor nodig?
In de maanden na de zomeroorlog werd de roep om de wapens van het verzet op te geven intenser. Het resulteerde in een politieke impasse die bijna twee jaar zou duren en die eind mei tot uitbarsting kwam. Hezbollah bezette een aantal wijken waar voornamelijk soennieten wonen. Meer dan zestig doden en tientallen gewonden waren het resultaat.
In de Qataarse hoofdstad Doha werd later die maand tussen de rivaliserende kampen een akkoord gesloten. Na een nieuwe president zou een regering van nationale eenheid worden gevormd, waarin Hezbollah een veto heeft. Maar over de wapens werd niets gezegd. Afgesproken werd wel dat samen met de nieuwe president een nationaal defensieplan zou worden opgesteld. Ook al is daarmee de rust terug in Beiroet, Hezbollah heeft de lang geleden gemaakte belofte dat ze de wapens nooit tegen de Libanezen zou gebruiken, verbroken.
Ondertussen gebeurt er veel in de regio. Na jaren van negeren zijn Israël en Syrië weer -via Turkije- met elkaar in gesprek over een oplossing voor de bezette Golanhoogvlakte.
Het is niet waarschijnlijk dat Israël een overeenkomst sluit, zonder daarin te eisen dat Damascus -naast Iran de beste vriend van Hezbollah- de steun aan Hezbollah intrekt. Nasrallah dient dus uiterst voorzichtig te zijn, nu zijn traditionele argumenten voor zijn wapens stuk voor stuk wegvallen.