Verkiezingsstrijd Indonesië barst los
De politieke partijen in Indonesië maken zich op voor de verkiezingen die volgend jaar worden gehouden. Het kan er hard aan toegaan bij de verkiezingscampagnes, want de concurrentie is groot. Vooral kleinere partijen laten luidruchtig van zich horen om de kiesdrempel te halen.
„Geluk met Jezus”, zingt de groep uit volle borst onder de tl-lampen in het kale gebouw. Het is dinsdagavond en de leden van het Jakarta Youth Fellowship (JYF) komen in het chaotische centrum van de hoofdstad bijeen om met zwervers en straatkinderen over hun hoop en geloof te zingen. „Nog een keer voor de Heere Jezus”, roept predikant Randy glimlachend. Het gezang is zelfs te horen op de stoffige rijbaan voor de Sarina-”shopping mall” in Jalan Thamrin, centraal-Jakarta.De 49-jarige Inge van JYF kent als geen ander het straatwerk dat de christelijke Partij voor Vrede en Welvaart (PDS) verricht in Jakarta. Het komende jaar vecht ze in de frontlinie van de politieke campagnes voor de parlementsverkiezingen in april 2009. De PDS moet alle zeilen bijzetten om in het parlement te komen. Momenteel heeft de partij dertien zetels, maar met de nieuwe kiesdrempel moet ze minstens achttien zetels behalen om zitting te mogen nemen in het parlement.
De concurrentie is groot. Op 1 juli begon het verkiezingsfeest. De grofweg 170 miljoen Indonesische kiezers hebben ruim de keus. Op de kieslijst staan niet minder dan 34 politieke partijen, die op 5 april 2009 voor een plaats in het parlement strijden. De partijen die meer dan 15 procent van de stemmen winnen, mogen een presidentskandidaat leveren.
De electorale kiescommissie heeft Indonesië in drie zones verdeeld, waarin de partijen volgens een strak schema campagne mogen voeren. Daarnaast heeft de kiescommissie allerlei regels uitgeschreven om de partijen zo veel mogelijk te helpen ordelijk campagnebijeenkomsten te houden om gewelddadige botsingen tussen partijen te voorkomen. Desondanks leidden lokale gouverneursverkiezingen op de Noord-Molukken en Zuid-Sulawesi de afgelopen maanden tot massale vechtpartijen tussen aanhangers van lokale politici. Het Indonesische leger riep in de stad Makassar (Zuid-Sulawesi) zelfs de noodtoestand uit.
Ook bij de vrienden van Inge leeft angst voor geweld tijdens de verkiezingen. „Een bloedbad is voorspeld”, vertelt predikant Rendy onheilspellend, zonder zijn informatiebron te noemen. Maar de meeste inwoners van de stad met 12 miljoen inwoners halen grinnikend hun schouders op als ze hun straat zien veranderen. De grote boulevards en wegen zijn de afgelopen twee weken met spandoeken en vlaggen versierd alsof er een verjaardag van een belangrijke persoon gevierd wordt. Veel Indonesiërs noemen de verkiezingen daarom ”het feest van de democratie”. „Daar heb je die politici weer”, lijken veel mensen te denken.
De verkiesbare politici stonden voor het eerst gezamenlijk op de bühne toen de kiesnummers van hun partijen op 9 juli werden bekendgemaakt. Oud-legerbevelhebber en Suhartovertrouweling Wiranto jubelde toen hij de nummer 1 in ontvangst nam voor zijn Hanurapartij.
PDS-politicus Arthur Kotambunan uit Noord-Sulawesi verklaarde dat met de toewijzing van nummer 25 op de kieslijst de gebeden van de PDS zijn verhoord. „Het nummer 25 herinnert aan het wereldwijde feest van het christendom. De cijfers twee en vijf symboliseren de twee vissen en vijf broden die gegeven werden door Jezus Christus aan 5000 mannen”, vertelde hij.
Ook voor de PDS met haar uitgesproken christelijke grondslag zijn er kapers op de kust. Een nieuwe partij is bijvoorbeeld de Partij voor Democratie in Indonesië, die vooral rooms-katholieke kiezers zal onttrekken aan de PDS-achterban. Het christelijke electoraat is verdeeld over tal van politieke partijtjes en kerkgemeenschappen. Dat maakt het lastig voor de PDS om de benodigde extra zetels te winnen.
„Het wordt een zware klus”, verzucht partijleider Denny Tewu. Hij is net terug van een bezoek aan Israël, waar hij informatie opdeed over de kibboetsen en een ontmoeting had met de Israëlische minister van Toerisme. „Wij nemen een duidelijk standpunt in tegen dominantie van een bepaalde godsdienst. Alleen de PDS vecht tegen de sharia. We zijn als guerrilla’s, kleine groepjes die campagne voeren. Het is dezelfde tactiek als die van generaal Sudirman tegen de Nederlanders toen hij Jogjakarta aanviel”, lacht Tewu.
Veel leden van de Jakarta Youth Fellowship maken zich zorgen. Sommigen van deze geloofsgemeenschap onttrekken zich aan de politiek. „Veel Indonesische predikanten en voorgangers zijn tegen vermenging van politiek en godsdienst. Zij verbieden campagnes in hun kerken”, vertelt Hendrik Ruru, die voorzitter is van de Indonesische Vereniging voor Theologie. Hij was actief in de PDS, maar ook in andere politieke partijen en kent het probleem van de verdeeldheid van de christelijke gemeenschap in Indonesië. „Kijk naar de islamitische PKS-partij. Ze beschikken over partijdiscipline en zijn een verenigde kracht. Dat hebben wij ook nodig, maar Indonesische protestanten houden nu eenmaal van protesteren.”