Iraniër mag in Nederland niet overal meer komen
Nederlandse universiteiten en onderzoeksinstituten mogen niet langer Iraniërs toelaten tot locaties en studierichtingen waar nucleaire kennis kan worden opgedaan. Ook de kerncentrale in Borssele en de installaties in Petten zijn verboden gebied voor Iraanse onderdanen.
Dit blijkt uit een door de Staatscourant gepubliceerde wijziging van de Sanctieregeling Iran, die gisteren van kracht is geworden. De maatregel geldt in principe ook voor Iraanse onderdanen die ook de Nederlandse nationaliteit hebben.Het Nederlandse besluit van minister Verhagen (Buitenlandse Zaken) in samenwerking met minister Plasterk (Onderwijs) is gebaseerd op resolutie 1737 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties tegen Iran. Die vraagt landen om de verspreiding van nucleaire technologie naar Iran tegen te gaan.
Het is nu verboden om Iraanse onderdanen toegang te verlenen tot de installaties van Urenco in Almelo. Deze fabriek verrijkt uranium voor kerncentrales over de hele wereld die er elektriciteit mee genereren.
Ook locaties van het Reactor Instituut Delft, de nucleaire installaties in Petten, de kerncentrale in Borssele en de Covra, de centrale organisatie voor radioactief afval in het industriegebied Vlissingen, zijn verboden gebied voor Iraniërs.
Daarnaast zijn Iraniërs niet langer welkom bij negen studierichtingen. Het gaat om studierichtingen binnen de chemie, natuurkunde, werktuigbouwkunde en luchtvaart-ruimtevaarttechniek.
Met het zogeheten kennisembargo willen ministers Verhagen en Plasterk voorkomen dat Iran „door tussenkomst van zijn onderdanen in het buitenland kennis verwerft die bijdraagt aan proliferatiegevoelige activiteiten van dat land en aan de ontwikkeling van systemen voor de overbrenging van kernwapens.”
Bij het besluit neemt minister Plasterk in aanmerking dat niet in alle gevallen waarin Iraanse studenten „gevoelige opleidingen” volgen, er grond bestaat voor de vrees dat Iran daarvan zal profiteren. In Nederland werken en studeren bijvoorbeeld mensen die zowel de Iraanse als de Nederlandse nationaliteit hebben. In dergelijke gevallen, bijvoorbeeld bij vluchtelingen, is voorzien in de mogelijkheid om ontheffing van het verbod aan te vragen.
Overtreding van het kennisembargo is volgens de regeling een strafbaar feit op grond van de Wet economische delicten en de overtreder kan dus strafrechtelijk worden vervolgd.