Palestijnse inwoners van de overwegend Palestijnse Westoeverstad met 500 Israëlische inwoners bevestigden later op de dag de troepenterugtrekking. Sinds eind juni houdt het Israëlische leger de Palestijnse delen van Hebron bezet, om terreuraanslagen te voorkomen.

Israëlische troepen trokken vrijdagmorgen Jenin op de Westoever binnen. Dat gebeurde in reactie op een zelfmoordaanslag op een Israëlische bus die maandag aan veertien Israëliërs plus de twee jonge daders het leven kostte. De daders waren volgens de Islamitische Jihad, die de verantwoordelijkheid voor de aanslag opeiste, afkomstig uit Jenin.

Ooggetuigen zeiden dat de inval werd uitgevoerd door honderden manschappen met pantserwagens. De militairen bezetten gebouwen in vier wijken van de stad. Een bron bij de Israëlische inlichtingendienst zei dat de militairen op zoek zullen gaan naar een twintigtal verdachten en een uitgaansverbod zullen instellen en huiszoekingen doen om hen te vinden. Bewoners van het vluchtelingenkamp naast de stad zeiden dat daar twee tanks en twee jeeps waren gestationeerd en dat de Israëlische militairen schoten wisselden met gewapende Palestijnen. Drie jonge Palestijnen raakten daarbij zwaar gewond, zeiden artsen.

De Israëlische legerradio meldde dat ook genietroepen meededen aan de inval, die werd omschreven als de grootste operatie op de Westoever sinds de Israëlische strijdkrachten in juni na een reeks zelfmoordaanslagen de belangrijkste Palestijnse steden bezette. De bezetting van Jenin was na drie maanden juist enkele dagen geleden opgeheven.

Israël heeft enige tijd gewacht met het vergelden van de aanslag van maandag vanwege de komst van de Amerikaanse onderminister van Buitenlandse Zaken William Burns, die een nieuw voorstel meebracht om de vastgelopen Israëlisch-Palestijnse vredesonderhandelingen weer op gang te krijgen. Woensdag en donderdag heeft Burns met de partijen apart gesproken en van beide de bezwaren tegen het plan aangehoord. Aan Palestijnse kant ontmoette hij minister van Kabinetszaken Saeb Erekat in plaats van de Palestijnse leider Yasser Arafat, die door de VS is afgeschreven als onderhandelingspartner.

Later donderdag vond overleg plaats tussen Erekat en de Israëlische minister van Buitenlandse Zaken Shimon Peres, waarbij over veiligheid en andere zaken werd gesproken. De enige overeenstemming die werd bereikt betrof een afspraak om samen te proberen met Kerstmis meer toeristen naar Bethlehem te trekken.

Een Palestijnse student die Israël informatie heeft verschaft over een Hamas-leider die later werd geliquideerd, is ter dood veroordeeld, hebben Palestijnse functionarissen vrijdag gezegd. De liquidatie, op 23 juli, werd uitgevoerd met een bom die vanuit een vliegtuig op een woonhuis in Gaza werd afgegooid. Behalve Salah Shehadeh, commandant van de militaire vleugel van Hamas, kwamen nog veertien Palestijnen, onder wie negen kinderen, om het leven. De 23-jarige student, Akram Azzatma, zei op een persconferentie in Gaza dat twee Israëlische agenten zich tegenover hem hadden voorgedaan als een Canadese professor en diens assistent. Later hadden zij hem door chantage gedwongen met de Israëlische inlichtingendienst samen te werken.

Een Canadese diplomaat heeft Israël om opheldering gevraagd, maar Israël zegt dat Canada niet bij de zaak is betrokken.

Canada heeft in 1997 zijn ambassadeur uit Israël teruggetrokken nadat in Jordanië twee Israëlische geheimagenten waren opgepakt die daar een moordaanslag wilden plegen op een militante Palestijn en reisden met valse Canadese paspoorten.

Israël verontschuldigde zich destijds bij Canada en beloofde nooit meer zoiets te doen.