Hof VS: Chinese moslim geen vijandelijke strijder
Een Amerikaans militair tribunaal op de basis Guantanamo Bay op Cuba heeft „niet aangetoond” dat de Chinese moslim Huzaifa Parhat een vijandelijke strijder is. Hij moet daarom onmiddellijk worden vrijgelaten of er moet een nieuw proces tegen hem worden aangespannen.
Met deze beslissing van het federaal hof van beroep in Washington leed de regering Bush maandag opnieuw een gevoelige nederlaag in de omstreden behandeling van zogeheten terreurgevangenen. Eerder deze maand stelde het hooggerechtshof in Washington voor de derde achterenvolgende maal dat Guantanamogevangenen het recht hebben om hun detentie aan te vechten, hetgeen door de regering-Bush wordt bestreden.De zaak van Huzaifa Parhat had hier echter niets mee te maken. Parhat behoort tot een groep Oeigoeren die door de Amerikanen op Cuba wordt vastgehouden. Zij werden indertijd in Afghanistan aangetroffen en werden daarom automatisch beschouwd als vijandelijke strijders en bondgenoten van de terreurorganisatie al-Qaida. Dat is volgens de Oeigoeren echter niet het geval. Zij komen uit de (autonome) Chinese provincie Sinkiang, waar een belangrijke groep Oeigoeren streeft naar onafhankelijkheid van China.
Sommigen van hen weken jaren geleden uit naar Afghanistan in de hoop daar een gewapende opstand tegen de Chinezen te kunnen voorbereiden. „Ik heb Sinkiang verlaten om mij voor te bereiden op onze onafhankelijkheidsstrijd; ik heb nooit iets tegen Amerika gehad”, aldus Parhat tegenover de drie rechters van het hof van beroep. Zij geloofden hem. Maar dat betekent niet automatisch dat Parhat wordt vrijgelaten.
De Amerikanen erkenden enkele jaren geleden al dat de Oeigoeren op de basis Guantanamo Bay een apart geval vormden. Zij kunnen echter niet teruggestuurd worden naar China, omdat zij daar worden beschouwd als terroristen en mogelijk worden geëxecuteerd. Albanië heeft twee jaar geleden zes Oeigoeren opgenomen, maar niemand wil de andere zeventien Oeigoeren hebben die nog op Guantanamo Bay vastzitten.
Dat betekent echter niet dat je ze dan maar gewoon daar kan laten zitten, meent het hof van beroep. Het ministerie van Defensie houdt echter vol dat de Oeigoeren als bondgenoten van Al-Qaida wel degelijk vijanden van Amerika zijn. Het hof van beroep vindt echter dat dat niet is aangetoond. Een Pentagonwoordvoerder wilde maandag alleen kwijt „dat onze juristen de argumentatie van het hof van beroep momenteel uitvoerig bestuderen.”
