Vissers en WNF op één lijn over duurzame vis
’Natuurlijke vijanden’ hebben donderdag afgesproken elkaar te helpen bij het duurzamer maken van de visserij. Vissers en natuurbeschermers richten de blik om te beginnen vooral op de schol- en tongvisserij.
Op het ministerie van Landbouw ondertekenden ze een convenant van die strekking.„We kunnen elkaar helpen”, aldus het Wereld Natuur Fonds (WNF). „Vooral de kottersector wil graag verduurzamen en wij juichen dat toe. Nu schrapen de kettingen van de visnetten over de bodem en richten daar schade aan. Wij kunnen meedenken over wat er moet gebeuren om de schade aan de zeebodem en de bijvangst van andere vis te beperken.”
Het ondertekenen van de afspraken ziet de organisatie als een goed begin. „We zijn er zeker nog niet, want er moet wel wat gebeuren. Uiteindelijk betekent het toch dat schepen en vistuig moeten worden aangepast. En dat kost geld.”
De kottersector, het Productschap Vis, het Wereld Natuur Fonds (WNF), Stichting De Noordzee en minister Verburg (Landbouw) hebben elkaar gevonden in het streven naar „een duurzame en maatschappelijk gewaardeerde Noordzeevisserij.” Ze zijn het eens over bijvoorbeeld het certificeren van vis, informatie voor consumenten over goede vis, visserijonderwijs voor zowel de huidige vissers als nieuwe collega’s en visbestanden binnen veilige biologische grenzen.
Om het aanbod van duurzame vis te bevorderen, kiezen de verschillende partijen nu één lijn. Vissers kunnen het certificeringstraject volgen om in aanmerking te komen voor het bekende MSC-keurmerk, het Marine Stewardship Council. Vissers die de duurzame koers volgen, weten zich gesteund door het WNF en Stichting De Noordzee.