Prijs ziekenhuiszorg in 2009 vrijer
De prijzen van de ziekenhuiszorg worden volgend jaar meer vrijgegeven. Ziekenhuizen zullen tot maximaal 34 procent van de zorg met de zorgverzekeraars kunnen onderhandelen over de prijs. Nu is dat nog 20 procent.
Dat heeft minister Klink (Volksgezondheid) woensdag geschreven aan de Tweede Kamer. Het prijsplafond dat hij van plan was in 2009 in te voeren, komt er op z’n vroegst pas in 2010. Als blijkt dat de prijzen niet de pan uitrijzen en ook het aantal behandelingen niet al te fors groeit, kan een prijsplafond, de zogeheten maatstaf, zelfs achterwege blijven.Klink zei er woensdag in een toelichting vanuit te gaan dat het niet nodig zal zijn om in 2010 nog in te moeten grijpen in de vrije prijzen door het instellen van een plafond of een ander instrument. Hij verwacht dat zorgverzekeraars en ziekenhuizen hun belofte om prijzen en omvang van de zorg in de hand te houden, zullen waarmaken.
Hoe sterk het gedeelte van de behandelingen waarvoor vrije prijzen gaan gelden volgend jaar precies stijgt, staat nog niet helemaal vast. De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) bekijkt momenteel hoe de ervaringen zijn met het deel van de zorg waarvan de prijzen al eerder waren vrijgeven. Klink stelt dat het wel zijn inzet is om de vrije prijzen uit te breiden tot ruim een derde van de totale verrichtingen in de ziekenhuizen.
De bedoeling was om volgend jaar voor het grootste deel van de ziekenhuiszorg een financiering per behandeling in te voeren. Omdat deze systematiek nog niet goed op poten staat, blijft voor de meeste zorg waarvoor nog geen vrije prijs geldt, de oude bekostiging met budgetten overeind.
De vereniging van ziekenhuizen NVZ is blij met de grotere ruimte voor vrije prijsvorming, al hadden de ziekenhuizen liever gezien dat deze nog groter was geweest: tot 40 of 50 procent.
Ook waren de ziekenhuizen altijd zeer gekant tegen het prijsplafond, omdat dit hen te veel zou beknellen bij hun bedrijfsvoering en veel te ingewikkeld zou zijn. Met een rechtszaak die ze hadden aangespannen tegen het ministerie van Volksgezondheid wilden ze van de maatstafconcurrentie af. Deze eis laten de ziekenhuizen nu vallen. Maar met de bodemprocedure kwam de NVZ ook in het geweer tegen dreigende bezuinigingen. Deze vordering houden de ziekenhuizen voorlopig aan.
De NPCF, de organisatie die opkomt voor de belangen van de patiënt, is ook positief over de uitbreiding van de vrijheid van ziekenhuizen om zelf de hoogte van de prijzen te bepalen. De organisatie hamert er wel op dat de patiënt veel meer mogelijkheden moet krijgen om te zien of een ziekenhuis van zijn keus kwaliteit levert of niet. De klant moet zeker weten dat hij of zij waar krijgt voor zijn premiegeld, aldus de NPCF.