Binnenland

Rudy’s puinhoop wordt steeds groter

De 48-jarige Surinaamse beroepsdief Rudy van L. zit flink met zichzelf in de knoop. „Ik ben op, ik kan niet meer. In plaats van dat het beter gaat, wordt de puinhoop steeds groter.”

J. Visscher
20 May 2008 11:17Gewijzigd op 14 November 2020 05:51

Druk gebarend beschrijft de onverbeterlijke rover voor de Arnhemse rechtbank zijn beroerde situatie. „Drie dingen heb ik niet mee. Mijn kleur, mijn strafblad, en het feit dat ik te oud ben om makkelijk aan het werk te komen. Hoe breed is je rug om elke tegenslag te dragen?”Kon hij maar heftruckchauffeur worden. Dan zou hij een normaal bestaan kunnen opbouwen, inclusief fatsoenlijke huisvesting. „Dan heeft niemand last van mij.”

Last hebben tallozen ondervonden van Rudy van L.

Bezoekers en medewerkers van supermarkt Coop in Nijmegen bijvoorbeeld. Op 13 april 2006 trekt de Surinamer een vrouw haar boodschappentas uit handen. De tas bevat onder meer 160 euro en een rijbewijs. De dief wordt nog wel vastgegrepen, maar weet zich los te rukken, naar buiten te rennen en met zijn auto weg te komen.

Luttele dagen later rooft de verdachte ook in Cuijk en opnieuw in Nijmegen nog eens drie portemonnees. „Ik zag een rugtas open. En ik zag een portemonnee.” Ook steekt Van L. een zak met zes broodjes bij zich. „Het was mijn bedoeling om wat etenswaren te jatten, weet je. Het werd me allemaal te veel.”

Het was de Surinamer, een man met gok- en drugsproblemen, allemaal te doen om er wat rianter bij te zitten. Hij was in die tijd net jarig en wilde op dat heugelijke moment voor zijn dochter toch een beetje knap voor de dag komen.

Dreigde Rudy van L. met geweld toen medewerkers van de Nijmeegse supermarkt hem achternagingen? Medewerkers zeggen dat de vluchtende dief bij de ingang van de winkel met iets scherps zwaaide. Sterker nog, hij kerfde daarmee een kras in een bestelbus, die geparkeerd stond naast de supermarkt. Ook zou de notoire dief hebben geroepen: „Pas op! Ik heb een mes!”

Zelf ontkent de Surinamer dat hij met een mes heeft lopen zwaaien en de auto heeft beschadigd. „Waarom zou ik zo gek zijn? Als je iets hebt gejat, neem je toch de benen? Het klopt toch niet dat ik dan op een auto ga krassen? Die kras kan door iedereen zijn aangebracht. Er speelden in de buurt ook kinderen.”

Rudy van L. is hardleers en dat geeft hij grif toe. Hij heeft een hele waslijst aan veroordelingen op zijn naam staan. Opgegroeid in de Amsterdamse Bijlmer kreeg de Surinamer „te veel vrijheid.”

In Maastricht, ver van „slechte vrienden”, probeert hij met hulpverleners enige structuur in zijn leven te krijgen. Dat gaat uiterst moeizaam, getuige de zoveelste rooftocht langs winkels. „Ik weet dat ik weer fout was. Het was niet mijn bedoeling. Het is moeilijk om dingen in één keer af te leren. Ik heb mezelf lelijk in de vingers gesneden. Het is dweilen met de kraan open.”

Van L. schaamt zich voor zijn vier dochters. „Die worden groter, weet je.” Hij is er zat van telkens weer achter de tralies te belanden. „Het is voor mij ook een schande om in de gevangenis tussen jonge jongens te zitten. Ik ben op, ik kan niet meer. Schulden maken me moe. Huisvesting maakt me moe. Geen werk maakt me moe. Ik zoek een uitweg om eruit te komen.”

Officier van justitie Y. Vermin eist achttien maanden cel, waarvan zes maanden voorwaardelijk. Ook moet Van L. zich volgens de aanklager verplicht onder toezicht laten stellen van de reclassering. „Het is vermoeiend voor de verdachte, maar ook voor de slachtoffers die bestolen zijn.”

De rechtbank vonnist vijftien maanden, waarvan vijf maanden voorwaardelijk. Ook moet hij het project wonen-werken volgen van het Leger des Heils in Enschede.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer