Britten krijgen advies Ivoorkust te verlaten
De Britse regering heeft Britten in Ivoorkust opgeroepen het West-Afrikaanse land te verlaten, tenzij hun aanwezigheid dringend noodzakelijk is. Zij vreest dat de ambassade niet in staat is hen te evacueren als de toestand verslechtert.
Hulporganisaties hebben gewaarschuwd voor een catastrofe in het Afrikaanse land, waar gevechten tussen muitende militairen en het regeringsleger de afgelopen weken aan honderden mensen het leven hebben gekost. Tienduizenden mensen zijn voor het geweld op de vlucht geslagen.
Intussen hebben de opstandelingen in Ivoorkust zich woensdag in principe bereid verklaard tot een wapenstilstand met de regering. De verklaring baant de weg voor de eerste ontmoeting tussen beide partijen, zo zeiden West-Afrikaanse bemiddelaars.
Mohammed Ibn Chambas, secretaris van het West-Afrikaanse economische blok dat in het conflict bemiddelt, zei dat de bemiddelaars vandaag vanuit de commerciële hoofdstad Abidjan naar de centrale stad Bouaké vliegen. In Bouaké, dat in handen van de rebellen is, zou een bestandsovereenkomst worden ondertekend.
Volgens Chambas zal in het gezelschap van de bemiddelaars een minister van de Ivoriaanse regering meevliegen. Het was niet onmiddellijk duidelijk welke minister dit zal zijn. Evenmin was duidelijk wie voor de rebellen zal ondertekenen.
Het vredesplan is opgesteld door de Senegalese president, Abdoulaye Wade, die de Economische Gemeenschap van West-Afrikaanse staten voorzit. Het plan voorziet in terugtrekking van de rebellen naar hun kazernes. De rebellen, muitende soldaten, mogen echter hun wapens behouden en hoeven die niet, zoals in een eerder voorstel, af te geven.
Wade zei dat de rebellen krachtens het plan „de vijandelijkheden staken”, een fase die voorafgaat aan een bestand. Hij zei ook dat de rebellen de landen van de G-8, de rijke geïndustrialiseerde landen, hadden verzocht een eventuele overeenkomst mede te ondertekenen.
De regering en de rebellen hadden niet onmiddellijk commentaar op het plan. President Laurent Gbagbo zei echter eerder dat zijn regering de voorstellen van de bemiddelaars accepteert. De rebellen gaven zondag al te kennen dat zij het in principe eens waren met het plan, maar lieten vier dagen voorbijgaan voordat zij hun bereidheid tot ondertekening bevestigden.