Israëliërs kunnen geen of moeilijk een beroep doen op ministeriële en gemeentelijke diensten. Kinderen kunnen hun scholen niet bereiken omdat de chauffeurs van de schoolbussen niet rijden. Histadrut heeft gezegd dat mogelijk ook werknemers in de havens, de ziekenhuizen en het vervoer het werk neer gaan leggen.

Histadrut wil dat de werknemers prijscompensatie ontvangen en dat gunstige belastingheffingen bij pensioenregelingen gehandhaafd blijven. De salarissen zouden in de eerste acht maanden van dit jaar 6,6 procent zijn geërodeerd. De ontwaarding is een gevolg van de inflatie.

De minister van Financiën, Silvan Shalom, verwijt de stakers gebrek aan verantwoordelijkheidsgevoel. Volgens hem begrijpt het grote publiek niet hoe „in deze dagen van oorlog” de stakers loonsverhoging durven te vragen. De gemeenten stellen dat de inwilliging van de eisen van de stakers ertoe zal leiden dat 8000 gemeentewerkers hun baan verliezen en dat de kwaliteit van onderwijs en dienstverlening ernstig zal worden aangetast. Ook zou de staking de voorbereiding van de bescherming van de burgerbevolking voor een oorlog met Irak in gevaar brengen.

Bewoners van Jeruzalem werden gemaand vuilnis op straat niet in brand te steken. Marktkooplui zeiden gisteren dat ze zelf zorg willen dragen voor de afvoer van het huisvuil. Het zou voor terroristen makkelijk zijn bommen te plaatsen tussen de rommel die zich razendsnel opstapelt. In Tel Aviv heeft de gemeente de bevolking opgeroepen zelf het afval naar een van de vuilnisbelten te brengen.

De staking komt op een moment dat de economie een neerwaartse trend vertoont. Minister Shimon Peres (Buitenlandse Zaken) meldde dat de export met 20 procent is gedaald. De Europeanen -diep onder de indruk van wat ze op de buis voorgeschoteld krijgen- zouden geen zin hebben nog langer Israëlische producten te kopen. Andere berichten spreken overigens van een minder grote daling van de export.

Dun & Bradstreet, een instantie die informatie geeft over bedrijven en financiën, heeft gezegd dat 30 procent van de Israëlische bedrijven in de problemen zit en dat 17 procent met sluiting wordt bedreigd. De enige sector die wel een groei kent, is de diamantindustrie.

In het tweede kwartaal van dit jaar zaten 260.500 Israëliërs zonder werk. Het land telt 300.000 buitenlandse arbeiders -vooral uit Zuidoost-Azië en Oost-Europa. Slechts eenderde van hen heeft een geldige verblijfsvergunning. Op 2 oktober besloot Sharon dat de illegalen voorlopig mogen blijven. Israël zal geen nieuwe buitenlandse werknemers toelaten. Eerder circuleerde een plan om 50.000 illegalen te deporteren en tegelijkertijd andere buitenlanders te laten komen om hun werk over te nemen.

Vele gezinnen krijgen te maken met inkomstendaling. Het Nationale Verzekeringsinstituut heeft berekend dat bij 40 procent van de Israëlische families de kinderbijslag met 20 procent zal worden gekort. De regering van Ariel Sharon besloot in juni dat gezinnen waarvan de man niet minstens anderhalf jaar in het leger heeft gediend, een kleinere toelage voor de kinderen moeten krijgen.

De maatregel, die op 1 juli moest ingaan maar nog niet is uitgevoerd, dreigt vooral Arabische en immigrantenfamilies te treffen. De minister van Arbeid en Sociale Zaken, Shlomo Benizri, wil hier nog over in de regering overleggen. Dit jaar heeft het kabinet al twee keer eerder de bijslag gesnoeid.

De trieste statistieken over de economie worden gepubliceerd in een tijd waarin de Israëlische media melding maken van misstanden. De Israëlische televisie liet onlangs zien dat inwoners die geen geld meer hebben voor maaltijden zich aanmelden bij de gaarkeukens, terwijl de minister van Religieuze Zaken zijn vergaderingen houdt in luxueuze hotels.

Het blad Yediot Ahronot schreef hoe nog maar een op de vier 17-jarigen in de schoolbanken zit. Dit is een gevolg van de economische malaise. The Jerusalem Post berichtte onlangs dat een reisje van premier Sharon naar Amerika de belastingbetaler 2,6 miljoen sjekel (540.000 euro) kostte. Verder moet de bevolking opdraaien voor de kosten van de extra veiligheid in de nieuwe huizen van ex-premiers en voor de veiligheidsagenten die zich in hun buurt ophouden.