Zeker 45 doden bij gevechten Bagdad
BAGDAD, 28 april (AP) – Bij gevechten tussen het Amerikaanse en Iraakse leger en sjiitische extremisten in Bagdad zijn zondagavond en maandag zeker 45 leden van sjiitische bendes om het leven gekomen. Het waren de zwaarste gevechten in weken. De sjiitische strijders, aanhangers van de radicale geestelijke Muqtada al–Sadr, zetten hun offensief tegen de door de VS beschermde Groene Zone in de Iraakse hoofdstad voort.
In het oosten van Bagdad kwamen maandag drie Amerikaanse militairen om bij een mortier– of raketaanval, zei het Amerikaanse leger. Verdere details werden niet verstrekt. In het westen van de Iraakse hoofdstad kwam een Amerikaanse manier op soortgelijke wijze om het leven.De Sadristen wilden waarschijnlijk gebruikmaken van een zandstorm die zondag door Bagdad raasde om de Groene Zone, waar de Amerikaanse ambassade en veel van de Iraakse regeringsgebouwen gevestigd zijn, te bestoken. De Amerikaanse ambassade had geen berichten van doden of ernstig gewonden.
Hoewel de storm maandag afzwakte bleven de Sadristen aanvallen, nog steeds gedekt tegen luchtaanvallen door het zand dat nog in de lucht zat en dat sensoren en richtlasers op helikopters en onbemande observatievliegtuigjes onbruikbaar maakte.
De gevechten zijn verhevigd sinds al–Sadr een overeenkomst tussen de regering en zijn Mahdi–leger afsloeg. Ook dreigde al–Sadr met een ’open oorlog’ tegen de door de VS geleide coalitietroepen, waarmee een einde zou komen aan een staakt–het–vuren van acht maanden. Hoewel Al–Sadr vrijdag juist weer opriep om het Iraakse bloedvergieten te beëindigen, bleek zondag dat niet iedereen in het Mahdi–leger evenveel geduld heeft.
De Britse minister van defensie Des Browne zei maandag in het parlement dat een groot deel van de wapens die opstandelingen in Irak gebruiken, vanuit of via Iran komen. Britse troepen die Iraakse grenswachters bijstaan hebben grote hoeveelheden wapens van Iraanse makelij in beslag genomen, zei Browne. De VS beschuldigt Iran al langer van het bewapenen van milities in Irak.