Irak ontslaat 1300 deserteurs
De Iraakse regering heeft zondag 1300 agenten en militairen ontslagen omdat zij hun plicht niet nakwamen tijdens gevechten met sjiitische milities vorige maand in het zuiden van het land.
Dat maakte een zegsman van het ministerie van Binnenlandse Zaken bekend.De meeste ontslagen vielen in Basra. Daar kregen meer dan 900 mensen hun congé, aldus generaal-majoor Abdul-Karim Khalaf. In de havenstad voerde premier Nuri al-Maliki een mislukte militaire operatie uit tegen het Mahdileger van de geestelijke Muqtada al-Sadr.
De andere troepen werden ontslagen in de provincie Wasit, waar gevechten uitbraken nadat het leger in Basra zijn actie was begonnen. De autoriteiten hadden eerder toegegeven dat circa duizend militairen waren gedeserteerd tijdens het offensief.
De strijd met het Mahdileger duurde de afgelopen week voort in Sadr City, een sloppenwijk van Bagdad. Gisteren was het daar relatief rustig. Sinds het begin van de gevechten zijn hier zeker honderd doden gevallen. Een regeringszegsman zei dat de strijd om Sadr City zal doorgaan.
Intussen ging de regering gisteren akkoord met een nieuwe ontwerpkieswet die partijen verbiedt mee te doen aan de provinciale verkiezingen als zij een militie hebben. De spanningen tussen regering en Al-Sadr kunnen verder oplopen als de wet er daadwerkelijk komt.
In Damascus zijn Irak en zijn buren zondag bijeengekomen voor een tweedaagse vergadering over de veiligheid in Irak. Ook de VS, Rusland, VN en EU zijn aanwezig. Een Iraakse functionaris beschuldigde Iran aan het begin van de conferentie ervan milities in Irak te steunen.
Volgens The Washington Post ziet de Amerikaanse regering Iran inmiddels als de grootste bedreiging in Irak. De gevechten in Basra en Sadr City zouden tot dit nieuwe inzicht hebben geleid. Maar volgens de Amerikaanse minister van Defensie, Robert Gates, is de kans op een oorlog tussen de VS en Iran zeer klein.